En toen kwam het Modernisme. Het Modernisme begon in 1816 met de afvallige Franse 'priester' H. de Lamennais. En tijdens het Tweede Vaticaans Concilie hadden we dan de tweede poging om via het 'aggiornamento' de Kerk te 'moderniseren'. Weer werden dezelfde praatjes opgerakeld: "De Kerk moet stoppen met tégen de wereld te vechten." Met andere woorden: "Kerk, doe mee met de wereld!"
In 1834 was de Lamennais toch eerlijk genoeg om publiekelijk toe te geven, dat hij niet meer in de mis geloofde. Deze 'bekentenis' leverde hem meteen de steun op van de vrijmetselaars. Zijn nieuwe 'vrienden' brachten de Lamennais in een postie zodanig, dat hij in het geheim, een groep jonge geestelijken om zich kon verzamelen, die hij goed voorbereidde voor de dag waarop de openlijke aanval op de Kerk zou starten.
Eén van de citaten van de Lamannais klinkt alsof het werd genomen uit een hedendaags Katholiek tijdschrift: "De hoogste deugd vandaag is niet het Geloof! Eigenlijk maakt het niets uit wat je gelooft. Alleen de liefde telt." – 1834
Een ander citaat van de Lamennais: "Alle religies zijn in principe hetzelfde, dus laten we allen samenkomen om één wereld-religie te vormen." – 1834
Zoals bekend, werkt Rome erg langzaam. Maar, er komt een moment waarop het geduld van de Paus op is. En op 8 December 1864 trad Pius IX naar voren met de Encycliek Quanta Cura en de Syllabus Errorum. Het modernisme onder alle vormen, in het verleden, heden en toekomst, werd voor altijd veroordeeld!
Maar de modernisten verlieten de Kerk niet en bleven parasiteren. Terwijl Luther nog het fatsoen had om de Kerk te verlaten en duidelijk zei dat hij niets met de Kerk te maken wilde hebben, missen de modernisten zelfs deze fundamentele eerlijkheid. Het modernisme werd streng veroordeeld, zoals alle eerdere ketterijen, maar zij weigerden de Kerk te verlaten.
De modernisten bleven echter achter de linies zitten. Zoals een vijfde colonne bleven ze wachten tot er zich een opening voordeed om dan de Kerk van binnenuit aan te vallen. Het gevolg was dat zeven jaar na de veroordeling van de modernisten, Paus Pius IX zei: "De echte plaag van onze Kerk zijn niet diegenen die gebruik maken van geweld en fysieke vervolging om zo het werk van de duivel op aarde te verrichten. Neen, de échte plaag van onze Kerk zijn de liberale Katholieken."
Pius IX werd opgevolg door Paus Leo XIII. Deze Paus gaf ons uitstekende documenten die de sociale leer van de Kerk verrijkten, zoals bijvoorbeeld zijn Encycliek Rerum Novarum. Maar, door zijn sociale bewogenheid liet deze Paus de modernisten wat te vrij en dezen verstevigden hun posities in een alarmerend tempo.
Toen Paus Leo XIII in 1903 overleed, was hij 93 jaar oud. Ieder kan voor zichzelf uitmaken hoe makkelijk het is om misbruik te maken van een oude man van tachtig en negentig jaar. En toen hij stierf, sprong de kwade geest achter de troon van Paus Leo XIII als een duiveltje uit een doos tevoorschijn; het was Kardinaal Rampolla.
Mariano Rampolla del Tindaro (Polizzi Generosa, 17 augustus 1843 - Rome, 17 december 1913) was een Italiaans geestelijke en kardinaal van de Katholieke Kerk.
Mariano Rampolla, een markies, was een zoon uit een adellijke familie die al op jonge leeftijd voorbestemd leek voor het priesterschap. Hij bezocht het seminarie in Rome en vervolgde zijn studies aan de Pontificia Università Gregoriana. Tijdens het consistorie van 14 maart 1887 nam Paus Leo XIII hem op in het College van Kardinalen. Meteen daarop benoemde Paus Leo hem tot kardinaal-staatssecretaris. Toen Leo in 1903 overleed leek Rampolla de meest aangewezen kandidaat om hem op te volgen.
Tijdens het Conclaaf van 1903 had het er aanvankelijk ook alle schijn van dat Rampolla zou worden gekozen. De Poolse aartsbisschop (en metropoliet van Krakau) Jan Puzyna de Kosielsko verraste evenwel het conclaaf, door na enkele stemrondes een brief voor te lezen waarin de Oostenrijkse Keizer Frans Jozef I, gebruik makend van het oude Ius Exclusivae, zijn veto uitsprak over de verkiezing van Rampolla. Dit omdat Rampolla te Fransgezind zou zijn en er geruchten bestonden over diens banden met de vrijmetselarij.
Feitelijk opende dit veto de weg voor de verkiezing van een veel conservatiever kandidaat: Giuseppe Melchiorre Sarto, Patriarch van Venetië; Paus Pius X. Deze schafte meteen na zijn aantreden het Ius exclusivae per apostolische constitutie (Commisum Nobis) af en verving Rampolla als staatssecretaris door Rafael Merry del Val. Rampolla vervulde daarna nog enkele andere functies binnen de Romeinse Curie.
De Heilige Paus Pius X, geboren als Giuseppe Melchiorre Sarto (Riese, 2 juni 1835 – Rome, 20 augustus 1914) was Paus van 1903 tot 1914. Hij staat bekend als Paus van de kindercommunie en als bestrijder van de modernistische dwalingen.
De nieuwverkozen Paus kwam uit een eenvoudig Noord-Italiaans plattelandsgezin. Zijn ouders hadden zijn priesterstudie bij elkaar geschraapt. Langzaamaan klom hij op binnen de hiërarchie van de Kerk. Hij viel op door eenvoudig, oprecht en goedmoedig gedrag. Als priester, bisschop en patriarch nam hij nooit politieke standpunten in, maar richtte zich op Eucharistische zaken en zijn taak als zielenherder. Hierdoor was hij een outsider tijdens het problematische conclaaf van 1903. 'Men' wilde geen 'politieke' kandidaat op de troon van Petrus. Sarto was de perfecte oplossing: ongebonden.
Hij nam de naam aan van Pius X: "Omdat de Pausen van deze eeuw onder dezelfde naam zoveel geleden hebben". Het tekent zijn beleid. De Eucharistie, de Sacramenten en het zielenheil stonden centraal bij deze Paus. Hij zou de eerste heiligverklaarde Paus worden in de laatste vierhonderd jaar pauselijke geschiedenis.
Zijn intern-kerkelijke beleid richtte zich streng tegen het modernisme, een stroming die veel kerkelijke hoogwaardigheidsbekleders en invloedrijke seminarieprofessoren onder zijn aanhangers kon rekenen, met name in Frankrijk, het Duitse Rijk en Groot-Brittannië. In 1907 gaf Pius X met de Encycliek Pascendi Dominici Gregis de aanzet tot zuivering van de Kerk van deze modernisten.
Pius' opvolger Benedictus XV zou de strijd tegen het modernisme aanzienlijk afzwakken en trachtte verzoening te brengen tussen integristen en modernisten, waarbij hij overigens de theologie van de laatsten stevig bleef afwijzen als ketterij en 'pest'. Het modernisme herkreeg geleidelijk zijn aantrekkingskracht en onder de pontificaten van zowel Pius XI als Pius XII zou het neo-modernisme, ondanks het verzet van deze Pausen, opnieuw opkomen en bij het Tweede Vaticaans Concilie (1962-1965) onder Johannes XXIII en vooral Paulus VI duidelijke overwinningen op de behoudsgezinde stroming in de Rooms-Katholieke Kerk behalen.
In het verlengde van zijn strijd tegen het modernisme bestreed Pius X op politiek vlak het verlichtingsfundamentalisme, het liberalisme en het opkomende communisme. Sociaal gezien was hij - als idealist - eerder een voorstander van vrijwillige liefdadigheid, onder meer op religieuze grondslag, dan van staatsinmenging in sociale aangelegenheden. Tenslotte bestreed hij met succes de corruptie, simonie en baantjesjagerij binnen de Kerk. Een bekend voorbeeld hiervan was zijn broer, die 'gewoon' postbode bleef.
Met het motu proprio Tra le sollecitudini (1903) trachtte Pius het belang van het Gregoriaans binnen de kerkmuziek te herstellen. Een jaar later zou Pius, eveneens bij motu proprio de Benedictijner abdij van Solsesmes de opdracht geven een nieuw Graduale samen te stellen, waarin de Gregoriaanse muziek in zijn oorspronkelijke luister diende te worden hersteld.
Pius X is bekend geworden als de Paus die het veelvuldig ter communie gaan bevorderde. Daartoe heeft hij ook de leeftijdsgrens verlaagd waarop kinderen toegelaten werden tot de Eerste Heilige Communie, namelijk wanneer ze tot "de jaren des onderscheids" waren gekomen: 7 jaar. Hij stierf in 1914, enkele weken na het uitbreken van de Eerste Wereldoorlog.
In zijn persoonlijk leven was Pius X een onbesproken, heilig man. Pius X had niet de bereidheid om een dialoog aan te gaan met andersdenkenden, voor zover deze bij voorbaat de Katholieke gedachte reeds afwezen. Bij het Katholieke volk was Pius X zeer geliefd, mede vanwege zijn eenvoudige komaf en Mariale vroomheid. Onder het pontificaat van Pius X groeide het aantal Katholieken zeer sterk.
Door Paus Pius XII is hij op 3 juni 1951 zaligverklaard. Diezelfde Paus verklaarde Pius X in 1954 heilig in een grote plechtigheid, die door Paus Pius XII ook bedoeld was als anti-modernistisch teken. Pius XII hield een lofrede op Pius X en zijn bestuur en bescherming van de Kerk. Bij de heiligverklaring was het lichaam van Pius X te zien in de Sint-Pieter van Rome. Zijn lichaam was, hoewel niet gebalsemd, na veertig jaar nog altijd intact en onvergaan. Hij is de laatste heiligverklaarde Paus van de Katholieke Kerk.
5 opmerkingen:
Beste GA,
u stelt dat "op 8 December 1864 trad Pius IX naar voren met de Encycliek Quanta Cura en de Syllabus Errorum. Het modernisme onder alle vormen, in het verleden, heden en toekomst, werd voor altijd veroordeeld!"
Hoe moet ik dat zien? Het is zeker geen onfeilbare uitspraak, want die mogelijkheid werd pas ingevoerd tijdens het Eerste Vaticaans Concilie (1869-1870). Is dit later toch nog als "onfeilbaar" verklaard?
Een encycliek (Littera encyclica) is een gewichtig pauselijk document van leerstellige aard. Het woord komt uit het Grieks en betekent letterlijk 'rondzendbrief'.
De inhoud van een encycliek is niet per se onfeilbare leer - als onfeilbaar gedefinieerd wordt alleen die leer inzake geloof of zeden beschouwd, die bij definitieve act als bindend is afgekondigd en waarvan uitdrukkelijk vaststaat dat die onfeilbaar is gedefinieerd (Codex Iuris Canonici 1983, c. 749 §§ 1 en 3).
Maar, de inhoud van een encycliek behoort wel grotendeels tot de Katholieke Doctrine in wijdere zin. Het is daarom een uitdrukking van het gewone leergezag van de Paus.
Dit betekent dus dat de inhoud van een encycliek altijd bindend is voor elke Katholieke gelovige. Men kan zich er niet tegen verzetten.
Wie zich toch tegen de inhoud van een encycliek verzet, kan afhankelijk van het twistpunt van ketterij worden beschuldigd, maar dit is niet altijd het geval.
In elk geval neigt hij of zij, die zich tegen een encycliek verzet, naar schisma en dreigt dus als schismatieker veroordeeld te worden.
In de Encycliek Quanta Cura wordt het modernisme plechtig en formeel veroordeeld.
11 - Bij een zo verregaande valsheid van averechtse meningen hebben wij, in het diepe besef van onze apostolische plicht en in onze grote bezorgdheid voor onze heilige godsdienst, voor de zuiverheid van de leer en voor het heil van de zielen, ons van Godswege toevertrouwd, en voor het welzijn ook van de menselijke samenleving, gemeend wederom onze apostolische stem te moeten verheffen. En daarom is het dan ook, dat wij alle meningen en leerstellingen, zonder uitzondering, door ons in deze encycliek afzonderlijk vermeld, volgens ons apostolisch gezag afwijzen, verwerpen en veroordelen, en wij willen en bevelen, dat zij door alle kinderen van de katholieke Kerk volstrekt als afgewezen, verworpen en veroordeeld beschouwd worden.
Interessant artikel. Ik dacht dat het modernisme een na-oorlogs fenomeen was, maar blijkbaar dateert het van een veel vroegere periode.
"voor het heil van de zielen, ... en ook van de menselijke samenleving"
Dat onderschrijf ik volledig. Modernisme is niet alleen slecht voor de gelovige, maar ook voor de niet- of anders gelovige.
Tot voor kort moesten priesters een antimodernisteneed afleggen. Onze huidige bisschoppen hebben die misschien nog net moeten afleggen. Zij weten wel hoe de vork aan de steel zit. Niemand kan een verklaring geven waarom die antimodernisteneed is afgeschaft, wanneer en door wie. Maar het is voor de modernisten natuurlijk wat gemakkelijker geworden, ze worden er niet meer mee geconfronteerd dat het hen ontmaskert als wolven in schapenvacht
Een reactie posten