BREAKING NEWS

News Ticker --- 31-12-2022 SEDE VACANTE 31 DECEMBER 2022 --- Einde berichten ---

donderdag 29 november 2012

Conciliair of Katholiek? Deel IV - Over de Geschiedenis van de Kerk

In 1917 startte de Communistische Revolutie. Maar, in 1917 vond er echter nog een andere en zo mogelijk nog belangrijkere gebeurtenis plaats; namelijk de verschijning van de Heilige Maagd Maria, de verschijning van de Moeder van God, in Fatima.

Te Fatima heeft de Maagd Maria Haar waarschuwing gegeven aan drie herderskinderen. Aan deze kinderen werden door Haar drie geheimen onthuld. In het tweede geheim zou zij onder meer opgeroepen hebben tot de toewijding van Rusland aan het Onbevlekte Hart van Maria waarna zij eraan toegevoegd zou hebben:

"Als Mijn verzoeken worden ingewilligd zal Rusland worden bekeerd en zal er vrede zijn. Als er geen gehoor aan gegeven wordt, dan zal Rusland zijn dwalingen over de hele wereld verspreiden, resulterend in oorlogen en vervolgingen tegen de Kerk, de goeden zullen tot martelaar worden, de Heilige Vader zal veel te lijden hebben en verschillende landen zullen worden vernietigd."

Allemaal in hetzelfde jaar: 1917. En het communisme begon, samen met 'moderne' technieken en 'modern' geld, in combinatie met de 'traditionele' tactieken van de duivel, aan de verovering van de wereld. Christenen van alle gezindten - de protestanten, maar ook de Katholieken - lagen te slapen, terwijl de vijand niet sliep.

In 1931 verstuurde de 'Lenin-school van Politieke Oorlogsvoering' haar geheime instructies aan de arbeiderselite. De opdracht was om over 20 tot 30 jaar, dus vanaf 1961+, de communistische hegemonie over de wereld te vestigen. Het internationale communisme zou hier nooit in slagen, tenzij alle religie vernietigd zou worden. Meteen werden de protestantse denominaties, met de hulp van de vrijmetselarij, geïnfiltreerd tot op het bot.

De aanhoudende vervolgingen door de communisten van geestelijken, waarvan velen gemarteld en gedood werden, en de sluiting van kerkgebouwen en kerkelijke instellingen waren voor Paus Pius XI de aanleiding zich fel uit te laten over de dwaalleer van het communisme. In 1931 waarschuwde Pius XI in zijn encycliek Quadragesimo Anno: “Niemand kan tegelijkertijd een goed Katholiek zijn en een socialist.”

Toen in 1933 Hitler de macht overnam in Duitsland, werd in de ogen van de wereld het communisme plots salonfähig. Iedereen die op dat moment tégen Hitler was, werd plotsklaps 'respektabel'. Er waren er ook die dachten, zoals de Katholieke Kerk, dat het nazisme en het communisme twee zijden waren van dezelfde medaille en dat dus beiden op hetzelfde moment bestreden zouden moeten worden. Maar in 1933, waren de protestantse denominaties reeds succesvol door het communisme geïnfiltreerd, en het Verenigd Koninkrijk en de Verenigde Staten van Amerika werden de bondgenoten van de Sovjets.

De Rooms-Katholieke Kerk bleef over als enigste tegenstander van het internationale, communistische atheïsme. En het was in 1933, dat Moskou besliste om de Katholieke Kerk te infiltreren. De meest veelbelovende jonge mannen uit de communistische gelederen zouden naar onze seminaries gestuurd worden om tot priester gewijd te worden en om zo de ladder van de kerkelijke hiërarchie te beklimmen. Op de vooravond van het Tweede Vaticaans Concilie bekleedden deze communistische infiltranten belangrijke posities binnen de Kerk.

Toen dit sinistere plan van de communisten in Rome bekend raakte, schreef Paus Pius XI de Encycliek Divini Redemptoris. Divini Redemptoris was een encycliek van Paus Pius XI, uitgevaardigd op 19 maart 1937, waarin de Paus zich als hoogste vertegenwoordiger van de gehele Rooms-Katholieke Kerk fel uitliet over het communisme. Samen met de eveneens in maart 1937 uitgegeven encyclieken Mit brennender Sorge (14 maart) en Nos es muy conocida (28 maart) maakte Paus Pius XI zijn zorg kenbaar over de toenemende invloed van totalitaire regimes.

In Divini Redemptoris schrijft Paus Pius XI dat één van de grootste minpunten van het communisme is, dat er zoveel nadruk gelegd wordt op het 'gemeenschappelijk' belang in plaats van op het individu. Het pseudo-ideaal van 'gelijkheid' en 'broederschap' - een maatschappij zonder klassen - zou bereikt moeten worden door in eerste instantie de tegenstellingen tussen de klassen te verscherpen om zo via strijd tot een zogenaamde 'geluksstaat' te komen. Mensen zouden slechts economische hulpmiddelen worden en zich alleen maar mogen toeleggen op het aardse bestaan en daarbij elke vorm van (voort)leven daarna ontkennen. Pius XI verwijst dan ook naar de bewering van Marx dat godsdienst slechts “een bedwelmend opium is voor het proletariaat”, het bewijs dat het bestaan van God ontkend wordt.

Volgens Paus Pius XI schuilde de misleiding hem echter hierin, dat communisten valselijk de idee verspreidden dat zij opkwamen voor de arbeiders, die met name door de economische crisis zwaar te lijden hadden. In werkelijkheid speelden zij verschillende groepen binnen de samenleving tegen elkaar uit, maar gaven zij ook aanleiding tot internationale vetes, die uiteindelijk moesten leiden tot 'bekering' naar het communisme.

Als oorzaak van de snelle verspreiding van het communisme noemde Pius XI drie redenen. Als eerste het liberalisme, gevolgd door de verraderlijke propaganda, die via elke vorm van massacommunicatie over de hele wereld de leer kon verspreiden. Derde reden was de wereldpers, die slechts marginaal berichtte over de voorkomende misstanden.


In Divini Redemptoris schrijft Paus Pius XI het volgende:

Listige en uitgebreide propaganda

17 - Maar de oorzaak, waarom de dwalingen zich zó snel verbreiden, dat zij in alle landen, klein en groot, beschaafd en minder ontwikkeld en zelfs in verafgelegen delen van de wereld heimelijk binnensluipen, ligt ook in een duivelse propaganda, zo vinnig als sinds mensen­heugenis misschien nooit heeft bestaan. Deze propa­ganda, van één punt uitgaande, weet zich op sluwe wijze aan te passen aan de bijzondere gesteltenis van de volkeren; zij beschikt over rijke financiële hulpbronnen, ontelbare organisaties, drukbezochte internationale con­gressen en talrijke en goedgeschoolde strijdkrachten; tevens weet zij door middel van dagbladen, vlugschriften, bioscoop, toneel, radio en tenslotte door middel van school en universiteit allengs tot alle, zelfs de meest vooraanstaande kringen van de bevolking door te dringen, zonder dat deze misschien het vergif bemerkt hebben, dat steeds rampzaliger hun geest en ziel besmet. 


De wereldpers verzwijgt de wandaden van het communisme

18 - Een ander en wel krachtig hulpmiddel, waardoor het communisme bevorderd wordt, ligt zonder twijfel hierin, dat een zeer groot gedeelte van de wereldpers, dat zich niet richt naar de Katholieke beginselen, volgens afspraak de zaak doodzwijgt. Volgens afspraak, zeggen Wij; immers anders is niet te begrijpen, waarom dit soort schrijvers, die zelfs tamelijk onbelangrijke voorvallen zo gretig aangrijpen en publiceren, toch de onmenselijke misdaden, die in Rusland, in de Ver­enigde Staten van Mexico, in een groot deel tenslotte van Spanje bedreven worden, reeds zo lange tijd verzwegen hebben en betrekkelijk zo weinig laten horen over het communisme, dat te Moskou heerst en wijd en zijd over de gehele wereld zijn organisaties vormt. Maar dit komt, gelijk allen weten, grotendeels hier vandaan, dat politieke overwegingen, die volstrekt geen blijk geven van juist inzicht, het zouden eisen; en niet minder wordt het begunstigd en aanbevolen door allerlei geheime krachten, die reeds sinds lang de Christelijke ordening van de staten trachtten te doen verdwijnen.


Over de infiltratie van de Kerk

57 - Onder gefingeerde benamingen, die zelfs niet op het communisme zinspelen, stichten zij verenigingen of geven periodieken uit, die alleen ten doel hebben, hun dwalingen ingang te doen vinden in die milieus, waar zij anders op generlei wijze toegang zouden kunnen krijgen; meermalen proberen zij zelfs in Katholieke en godsdienstige genootschappen met alle middelen en op bedrieglijke wijze binnen te dringen.


Over de Katholieke Actie

64 - Na dit beroep op de geestelijkheid richten Wij Ons vaderlijk woord tot Onze geliefde zonen onder de leken, die meestrijden in de gelederen van de Katholieke Actie, welke zo'n grote plaats in Ons hart heeft en bij gelegenheid door Ons genoemd is "een steun door Gods bijzondere voorzienigheid" in de zo moeilijke tijdsomstandigheden aan de Kerk geschonken. Daar immers de strijdleuze van de Katholieke Actie is, dat Jezus Christus heerse zowel over de afzonderlijke personen als over de huiselijke en burgerlijke samen­leving, verricht zij inderdaad een sociaal apostolaat. Vóór alles derhalve moet zij bestendig haar best doen om haar leden zo zorgvuldig mogelijk te vormen en te oefenen tot de strijd voor God.

woensdag 28 november 2012

Stop abortus nu!




Op 13 januari 2012 raakte bekend, dat de 'Rockford abortion mill', de 'Rockford abortusfabriek', na 40 jaar, voor goed haar deuren zou sluiten.

Na 12 jaar van protestacties van Katholieke Pro-Lifers, sloot de doodsfabriek definitief haar deuren!

http://www.lifesitenews.com/news/breaking-bizarre-rockford-abortion-facility-to-close-permanently/

Waarom worden zielen in de kunst als 'mensen' voorgesteld?

Uit de Catechismus van de Katholieke Kerk:

362 - De menselijke persoon, geschapen naar Gods beeld, is tegelijkertijd een lichamelijk en een geestelijk wezen.

363 - Dikwijls staat de term "ziel" in de heilige Schrift voor "het menselijk leven" of voor heel de menselijke persoon. Maar hij geeft ook aan wat het diepste wezen van de mens en het meest waardevolle in hem, en eveneens datgene waardoor hij in het bijzonder Gods beeld is: "ziel" betekent het geestelijk beginsel in de mens.

364 - Het lichaam van de mens heeft deel aan de waardigheid van "het beeld van God": het is een menselijk lichaam; juist omdat het bezield wordt door een geestelijke ziel en het de menselijke persoon die in zijn geheel bestemd is om in het lichaam van Christus de tempel van de Geest te worden.

365 - De eenheid van lichaam en ziel gaat zo diep dat men de ziel als de "vorm" van het lichaam moet beschouwen, d.w.z. dankzij de geestelijke ziel is het uit stof bestaande lichaam een menselijk en levend lichaam; geest en stof zijn in de mens geen twee met elkaar verenigde naturen, maar hun eenheid vormt een natuur.

366 - De Kerk leert dat iedere geestelijke ziel direct door God geschapen wordt: zij wordt niet "voortgebracht" door de ouders; de Kerk leert ons ook dat de ziel onsterfelijk is: zij vergaat niet na haar scheiding van het lichaam bij de dood en zij zal zich opnieuw met het lichaam verenigen bij de uiteindelijke verrijzenis.


Kortom,

Een ziel is een geest, die door God werd geschapen naar zijn beeld en gelijkenis, om verenigd te worden met een lichaam.

De ziel is geschapen naar het beeld en de gelijkenis van God, doordat ze begaafd is met verstand en wil, en geroepen tot het bovennatuurlijk leven van de genade.

Een geest en dus een ziel is onzichtbaar en dus niet met de zintuigen waar te nemen, omdat een ziel niets in zich heeft dat onder de zinnen valt, en omdat een ziel op generlei wijze afhankelijk is van de stof.

De eenheid van lichaam en ziel gaat echter zo diep dat men de ziel als de "vorm" van het lichaam moet beschouwen.

Vandaar dat het ook logisch is dat in de kunst, een onzichtbare ziel volgens de conventies, als een 'mens' wordt voorgesteld.


Sint-Paulus in 1 Kor. 15

[47] De eerste mens [Adam], uit de aarde genomen, is aards; de tweede [Christus] is uit de hemel. [48] Op die eerste mens van aarde lijken alle aardse mensen, op de hemelse mens zullen alle hemelingen lijken. [49] En net zoals wij het beeld van de aardse mens hebben gedragen, zo zullen wij ook het beeld dragen van de hemelse mens.


De ziel is dus altijd de 'drager' van het beeld van de mens.

Het lijkt dan ook waarschijnlijk, dat er in de Hemel géén zintuiglijke waarneming bestaat, maar dat er een hogere vorm van waarneming heerst!

dinsdag 27 november 2012

Inleiding op het Concilie van Trente


Tweede Vaticaans Concilie - Het Decreet Inter Mirifica - Over de publiciteitsmedia - 8 december 1963

'De plichten van de auteurs'


11 - Een ernstige morele verantwoordelijkheid aangaande het juiste gebruik van de publiciteitsmiddelen rust op de journalisten, de auteurs, de acteurs, de regisseurs, de producenten, de agenten, de propagandisten, de exploitanten en verkopers, op de critici en op alle anderen, die hoe dan ook, betrokken zijn bij de productie en bij de uitzendingen. Want het is duidelijk, welke zware verplichtingen zij allen hebben in het moderne leven, omdat zij door hun informatie en propaganda de mensen op de goede weg kunnen brengen of in het verderf kunnen storten.

Zij zullen dus hun economische, politieke of artistieke belangen zó moeten regelen, dat deze nooit in botsing komen met het algemeen welzijn. Om hierin gemakkelijker te slagen is het aan te bevelen, dat zij zich aansluiten bij hun eigen beroepsorganisatie, die van hun leden bij de activiteit en de plichten van hun beroep, respect eisen voor de moraal, eventueel door een belofte tot het onderhouden van een bepaalde gedragslijn.

Laten zij nooit vergeten, dat een groot deel van de lezers en kijkers bestaat uit jongeren, die lectuur en voorstellingen nodig hebben, waarvan een gezonde ontspanning uitgaat en die hun geest richten op hogere idealen. Zij moeten er ook voor zorgen, dat publicaties en uitzendingen met een godsdienstig karakter worden toevertrouwd aan hoogstaande en vakkundige personen, en met passende eerbied worden uitgevoerd.

maandag 26 november 2012

Sint Jan Berchmans van Diest




Johannes (Jan) Berchmans (Diest, 13 maart 1599 - Rome, 13 augustus 1621) was een Vlaams jezuïet en is een Rooms-Katholieke heilige.

Johannes Berchmans werd geboren in de tegenwoordig naar hem vernoemde Sint-Jan Berchmansstraat in Diest, als oudste zoon van vijf kinderen. Zijn geboortehuis is omgebouwd tot kapel en kan nog steeds bezocht worden. Zijn vader beoefende er het ambacht van lederbewerker, schoenmaker en schoenlapper. Jan verbleef tot zijn twaalfde jaar in Diest. Vanaf 1614 werd Berchmans dienstbode in Mechelen, waar hij ook het seminarie bezocht. In 1615 vervolgde Berchmans de studie aan het zojuist door de jezuïeten gestichte college in de stad. Het lag daarom voor de hand zijn nagestreefde priesterloopbaan binnen de jezuïetenorde voort te zetten. Hij trad in 1616 toe. Vervolgens werd hij voor een vervolgstudie in de filosofie naar Rome gestuurd. Hier overleed hij als gevolg van een longontsteking, nauwelijks 22 jaar oud.

Jan Berchmans ligt begraven in de kerk van Sant'Ignazio in Rome. Hij werd op 9 mei 1865 zalig verklaard door Paus Pius IX en op 22 januari 1888 door Paus Leo XIII gecanoniseerd. Zijn feestdag werd op 26 november of 13 augustus ingesteld. Tegelijkertijd werd hij tot medepatroon van de studerende jeugd uitgeroepen (samen met Aloysius Gonzaga). De drie jong overleden jezuïeten Gonzaga, Stanislaus Kostka en Berchmans gelden ook als algemene beschermheiligen van de jeugd.

In Brussel, Antwerpen, Diest, Genk, Avelgem, Mol en Malle is er een Sint-Jan Berchmanscollege, in Zonhoven en Puurs een Sint-Jan Berchmansinstituut en in Nederland het Berchmanianum te Nijmegen. In het Belgische Borsbeek, Kwaadmechelen (gemeente Ham) en Mechelen is er ook een Sint-Jan Berchmansparochie. In Ninove heet de scoutsgroep Scouts Sint-Jan-Berchmans Ninove.

Zijn hart wordt bewaard als relikwie in de Onze-Lieve-Vrouw van Leliëndaalkerk in Mechelen.

zaterdag 24 november 2012

Allerzielen en November: Bid voor de arme zielen in het vagevuur!


Concilie van Trente : Sessio XXV - Decretum de purgatorio / 25ste Zitting - Decreet over het vagevuur (3 december 1563)

"Omdat de Katholieke Kerk, onderricht door de Heilige Geest, op basis van de Heilige Schrift en de oude overlevering van de vaders in Heilige Concilies en nu op deze oecumenische Synode heeft geleerd, dat er een reinigingsoord/vagevuur (purgatorium) is en dat de daar vastgehouden zielen door de voorbeden van gelovigen en vooral door het welgevallige Misoffer worden geholpen, beveelt de Heilige Synode de bisschoppen om zich te beijveren dat de gezonde leer over het reinigingsoord, wat door de heilige vaderen en de heilige concilies is overgeleverd, door christengelovigen wordt geloofd, gehouden, geleerd en overal wordt verkondigd."

Heilige Missen redden zielen uit het vagevuur

































Na de dood van een mens wordt de ziel gescheiden van het lichaam en gaat ze naar een zekere bestemming.

De zielen van de overledenen gaan naar de Hemel, het Vagevuur of de Hel. In één van deze drie bovennatuurlijke oorden wachten alle zielen op de ‘Jongste Dag’ wanneer zij met hun verrezen lichamen verenigd zullen worden.

De zielen in het vagevuur zijn van de eeuwige verdoemenis gered maar moeten nog van hun onvolkomenheden worden gezuiverd om Gods licht te kunnen verdragen.

Door gebed en offer helpen de levenden de overledenen om hun uiteindelijke bestemming te bereiken: eeuwig gelukkig zijn bij God.

Omdat de eucharistie geacht werd het meest effectieve middel voor dit doel te zijn, de ondersteuning van het louteringsproces van de zielen in het vagevuur, ontstond het gebruik om meerdere missen voor de zielen in het vagevuur op te dragen.

Iedere mis werd en wordt gedaan voor één zogeheten misintentie, bijvoorbeeld het zielenheil van een gelovige.

De begrafenismis is de eerste mis voor het zieleheil van de overledene.

De priester besprenkelt het lichaam met wijwater en bewierookt het lichaam van de overledene.

De priester wijdt ook de grond op het kerkhof waarin de overledene zal worden begraven.

De Katholieke Leer stelt dus dat het opdragen van een requiemmis het verblijf van geredde zielen in het vagevuur zal bekorten.

Sint-Geertruide de Grote

Sint Geertruide was een Benedictijnse mystieke schrijfster. Ze werd geboren ergens in Duitsland op  6 Jan. 1256 en stierf te Helfta, in de omgeving van Eisleben op 17 November 1301/1302. Over haar familie is niets geweten. Ze was waarschijnlijk een weeskind die onder het toezicht van  de Benedictijnse zusters van Helfta werd geplaatst. Ze was 5 jaar toen ze er binnen ging. De abdij werd toen beheerd door een andere Geertruide: de heilige abdis Geertruide van Hackerborn, onder wiens beheer de abdij floreerde, zowel bij de monniken als onder de intellectuele activiteiten.

Dit alles hielp om naar heiligheid te streven, door studie en contemplatie. Toen Helfta de deuren opende om het kind  met open armen te ontvangen, was het bestemd voor een glorievolle toekomst. Sint Mechtilde, lerares en zuster van abdis Gertruide gaf les aan Geertruide. Van in het begin won ze de harten van iedereen. Er onstond een hechte band tussen Geertruide en Mechtilde, die met de jaren alleen maar dieper werd.

Geertruide had zich helemaal verdiept in studie. Toen ze 26 jaar was kreeg ze een visioen dat het begin zou betekenen van vele visioenen. Het was als een ontwaken. Ze zag in dat ze zich weinig had bezield met belangrijke eeuwige zaken. Ze veranderde van theoreticus in theoloog. Ze liet de profane studies voor wat ze waren en legde zich toe op kennis van de Heilige Schrift en gebed. Sint Gertruide leerde van jongsaf Latijn, wat gebruikelijk was in die dagen voor personen zoals zij die hun leven in dienst stelden van God. Ze kon vloeiend Latijn spreken en schrijven. Met dezelfde inzet vertaalde ze, kopieerde ze en schreef ze in theologische stukken in het Latijn tot geestelijke vooruitgang van anderen.

Niettegenstaande Geertruide zich haar verloren tijd verweet, was dit een fase geweest in haar opgang naar heiligheid: van zelfstudie naar het werk voor de orde. Uiterlijk leidde ze een leven van een eenvoudige Benedictijnse non. Haar liefdadigheid omvatte rijk en arm. Ze was geleerd en toch actief voor de armen en uitgestotenen. Bovendien was ze een vurige middelares in het redden van zielen voor God. Ze was zo nederig dat ze God smeekte om geen uitwendige manifestaties van de spirituele wonderen te krijgen. Ze was een profetes en kon ook wonderen bewerkstelligen.

Het redden van zielen lag Sint Geertruide na aan het hart. Ze was dikwijls huilend beneden het Kruis in de Kerk te vinden terwijl ze aan de zielen van de zondaars dacht. Bovendien bracht ze veel tijd door in aanbidding voor de monstrans met de H Hostie. Ze hield ervan om over de lijdensweg van de Heer en over de instelling van de Eucharistie te mediteren. Wanneer ze vol overgave over Jezus Christus en Zijn mysteries sprak waren de toehoorders geboeid door haar wijsheid. Wanneer de Zusters in de Kerk eens aan het zingen waren, zag Sint Geertruide Jezus voor haar staan. Zijn goddelijk gezicht was schitterend in schoonheid. Zijn blik doorboorde haar hart en vulde haar ziel met onuitsprekelijke verrukking. Goddelijke Liefde was haar streven in al haar gedachten en daden. Zo was ze verstorven van de wereld en al de verlokkingen.

Ze werd overstelpt met vele buitengewone genaden; Jezus Christus droeg Zijn wonden over in het hart van Zijn heilige bruid. Ze kreeg een ring om haar vinger en Hij toonde Zich aan haar in aanwezigheid van Zijn Moeder. In haar geest was het alsof Hij Zijn hart had verwisseld met het hare. Zij was ook degene die de aanbidding van Jezus’ Heilig Hart aanmoedigde, nog voor de Franse mystica Margaretha-Maria Alacoque (1647-1690) in Paray-le-Monial. Al deze verbazingwekkende genaden zorgden ervoor dat ze zich wilde opofferen in lijdende liefde. Ze wilde deze pijn aanvaarden, want voor haar was tijd zonder zelfopoffering verloren tijd. Op het einde van haar leven, toen was ze 45-46 jaar, was haar lichaam helemaal vertrokken van de pijn.

Tijdens haar vijf maanden durende ziekte, was bij haar geen teken van ongeduld en droefheid te merken, integendeel haar vreugde vermeerderde nog als haar pijn toenam. Toen ze op sterven lag in 1334, zag zij de Heilige Maagd Maria neerdalen vanuit de Hemel om haar bij te staan. Een van haar medezusters zag haar ziel recht naar het Hart van Jezus stijgen dat geopend was om die ziel te ontvangen. Sint Geertruide is een van de grote mystieken van de Kerk Het boek dat ze ons naliet met de beschrijving van haar openbaringen, is nog altijd populair. Daarin beschrijft ze de buitengewone schoonheid van de intieme omgang van haar ziel met Jezus en Maria. Ze was minzaam voor iedereen en vol medeleven voor de zondaars; diepe verering voor de heiligen, de zielen in het vagevuur, en bovenal voor de lijdensweg van Jezus Christus en Zijn Heilig Hart.

Men zou nog tot 1677 moeten wachten tot Sint Geertruide’s naam in het Romeinse Martyrologium werd ingeschreven en haar feestdag werd geïntroduceerd in de universele Kerk. Deze feestdag valt op 16 november. Ze werd door de Koning van Spanje uitgeroepen tot Patrones van de West-Indische eilandengroep. In Peru word haar feest met veel luister gevierd en in Nieuw Mexico werd een stad naar haar vernoemd.

De karakteristieken van Sint Gertruide’s religiositeit waren haar devotie tot het Heilig Hart, dat het symbool is van Jezus’ overgrote goedheid die ervoor gezorgd heeft dat het Woord vlees werd in de Heilige Eucharistie, dat Jezus onze zonden op Hem heeft genomen door op het Kruis te sterven, als offer voor de Eeuwige Vader.


Gebed van Sint-Geertruide tot het Heilig Hart van Jezus:

O Heilig Hart van Jezus, fontein van eeuwig leven. Uw Hart is een gloeiende oven van Liefde. U bent mijn toevlucht en mijn heiligdom. O mijn beminnelijke en liefhebbende Verlosser, verteer mijn hart met hetzelfde vuur als waarmee het Uwe brandt. Laat genaden van Uw Liefde regenen op mijn ziel. Laat mijn hart samensmelten met het Uwe. Laat mijn wil in alles gelijkvormig worden met de Uwe. Dat Uw Wil het middelpunt mag zijn van al mijn daden en verlangens.


Gebed van Sint-Geertruide tot de Heilige Maagd Maria :

Wees gegroet Maria, koningin van erbarmen, olijftak van vergiffenis, door wie we het medicijn ontvangen dat ons van dodelijke ziekten naar lichaam en ziel redt, de balsem van genade; Maagdelijke Moeder van goddelijke afstamming, door wie de genade van het Hemels Licht schijnt, bloeiende twijg van Israel!

Door Uw Zoon, Uw enige Zoon, die Zich verwaardigde om Mensenzoon te worden, bent U de Hemelse Moeder over allen geworden. Omwille van Uw moederschap omring mij, onwaardig als ik ben, met Uw Moederlijke Zorg.

Help mij, bescherm mij, verlicht mij, zorg voor mij, voed mij op in dit aardse leven, zodat ik de Uwe wordt voor alle eeuwigheid. Zodat ik in mijn stervensuur mij in Uw armen kan werpen, mijn beminnelijke onschatbare Hemelse Moeder. Amen.


Dit is het bekendste gebed van Sint-Geertruide:

Jezus deelde aan Sint Geertruide mee dat dit gebed 1000 zielen uit het Vagevuur redt iedere keer als het gebed wordt gezegd. Het gebed werd later uitgebreid tot zondaars die nog leven.

Eeuwige Vader,

Ik offer U het kostbaarste Bloed van Uw goddelijke Zoon Jezus, verenigd met alle opgedragen Heilige Missen in de wereld vandaag, voor al de heilige Zielen in het Vagevuur, voor alle zondaars, voor zondaars in de Universele Kerk, de zondaars bij mij thuis en in mijn familie.

Amen.

Nihil Obstat, September 1, 1909, Remy Lafort, Censor
Imprimatur. +John M. Farley, Archbishop of New York

vrijdag 23 november 2012

Uit de Mechelse Catechismus: De Sacramenten in het algemeen

358. Wat zijn Sacramenten?

Sacramenten zijn heilige handelingen en woorden, door Jezus Christus ingesteld, om in onze ziel de bijzondere genaden voort te brengen die zij betekenen.


359. Hoe dienen de Sacramenten tot zaligmaking van de mensen?

De Sacramenten dienen tot zaligmaking van de mensen, door de heiligmakende genade te geven of te vermeerderen, en te gepaster tijd de dadelijke genaden te verschaffen die nodig zijn om het bijzonder doel van ieder sacrament te bereiken.


360. Hoeveel Sacramenten zijn er?

Er zijn zeven Sacramenten: het Doopsel, het Vormsel, de Heilige Eucharistie, de Biecht, het Heilig Oliesel, het Priesterschap en het Huwelijk.


361. Welke noemt men Sacramenten der Levenden?

Het Vormsel, de Heilige Eucharistie, het Heilig Oliesel, het Priesterschap en het Huwelijk noemt men Sacramenten der Levenden, omdat wij, om ze waardig te ontvangen, het bovennatuurlijk leven der heiligmakende genade moeten bezitten.


362. Welke noemt men Sacramenten der Doden?

Het Doopsel en de Biecht noemt men Sacramenten der Doden, omdat zij op de eerste plaats bestemd zijn om het bovennatuurlijk leven der heiligmakende genade te geven of terug te schenken aan degenen die er door de zonde van beroofd zijn.


363. Welke Sacramenten kan men maar ééns ontvangen?

Het Doopsel, het Vormsel en het Priesterschap kan men maar ééns ontvangen, omdat zij een onuitwisbaar merkteken in de ziel prenten.

Godfried 'Kardinaal' Danneels in The Tablet: "Vaticanum II was anders dan alle voorgaande concilies". De lezing die de 'Kardinaal' vorige maand in de Saint George's Cathedral van Southwark gaf, bewijst dat hij losgeslagen is van de realiteit!

"Even though it is true that Vatican II is fully rooted in our Catholic tradition, it is equally true that it also launched a development and a deepening of that tradition, which here and there shows a discontinuity with past thinking and practices. Haven't many observed (like Karl Rahner, for instance) that the council marked the end of the Constantinian period in church history; and that Vatican II as a council ranks with Nicaea and Trent?"

Danneels schuwt de grote woorden niet. Paus Benedictus wijst erop dat er géén breuk was met het verleden, maar dat er continuïteit was. Danneels denkt er blijkbaar anders over.

"Nostra Aetate ‐ the document on the relationship with the Jews ‐ despite a long and sharp discussion, and the additional burden of political pressure, in the end achieved a satisfying and surprising consensus. The text on religious freedom and the relationship between church and state, has no equal in previous councils and papal documents."

Danneels spreekt van 'politieke druk'. Van wie dan? Heeft dan de 'politiek' de pen van de Concilievaders mee vastgehouden? 

"Entirely new was Gaudium et Spes the conciliar document on the relationship between church and world. The church took a listening attitude, said it wanted to help the world. The church said it wanted to move away from the world‐rejecting, negative, defensive, and superior attitude that had prevailed prior to Vatican II."

De Kerk moet niet naar de wereld luisteren, maar de wereld onderwijzen!

"But more and more ‐ especially in the twentieth century ‐ a new understanding of church as the 'People of God' began to develop. This was a more horizontal relational understanding rather than the earlier vertical authoritarian model of church."

Zoals Marlène Dietrich reeds zong: "Where have all the flowers gone? Long time passing." Zo ook kunnen wij nu zingen: "Where have all the people gone? Because our churches are empty." Het 'Volk van God' is gekomen en gegaan! Onze kerken zijn leeg, omdat men het mysterie uit onze kerken gebannen heeft. Omdat men God zélf uit onze kerken gebannen heeft!

"A whole new vocabulary developed: charisma, participation, partnership, dialogue, cooperation, friendship. This vocabulary is present everywhere in all council documents and has found its proper place in contemporary church language."

Een nieuwe woordenschat werd geïntroduceerd en wat heeft het opgeleverd? NIETS!

"The renewal movement had been launched ... the famous 'aggiornamento'. Later even non‐Catholics would be invited as council observers."

En wat kopen wij daar nu mee? NIETS!

"'Aggiornamento' became an almost magical word."

Occult taalgebruik van de Kardinaal!

"It all fits together under the term 'pastoral'. This is a 'soft' term: dialogical and inviting. It stresses the goal of common conversion: not imposing but inviting."

Helaas komen de genodigden niet opdagen:

Luk 14:15  Een der disgenoten, die dit hoorde, sprak tot Hem: Zalig hij, die maaltijd zal houden in het koninkrijk Gods.
Luk 14:16  Maar Hij zei hem: Zeker iemand gaf een groot feestmaal, en nodigde velen uit.
Luk 14:17  Tegen het uur van de maaltijd zond hij zijn dienaar, om aan de gasten te zeggen: Komt, want alles staat klaar.
Luk 14:18  Maar eenparig begonnen allen zich te verontschuldigen. De eerste zei hem: Ik heb een stuk land gekocht, en moet het noodzakelijk gaan zien: ik bid u, verontschuldig me.
Luk 14:19  Een ander zei: Ik heb vijf paar ossen gekocht, en ga ze keuren; ik bid u, verontschuldig me.
Luk 14:20  Weer een ander zei: Ik heb een vrouw gehuwd, en kan dus niet komen.
Luk 14:21  De dienaar kwam thuis, en boodschapte het aan zijn heer. Toen werd de heer des huizes vergramd, en hij sprak tot zijn dienaar: Spoed u naar de pleinen en straten der stad, en breng de armen en gebrekkigen, de blinden en kreupelen hier binnen.
Luk 14:22  De dienaar zei: Heer, er is gedaan wat ge bevolen hebt; en nog is er plaats.
Luk 14:23  Nu sprak de heer tot zijn dienaar: Ga uit naar wegen en heggen, en dwing ze, om binnen te komen; want mijn huis moet vol zijn.
Luk 14:24  Ik zeg u: Niet één van die mannen, die waren genodigd, zal van mijn feestmaal genieten. 


"Right up to the eve of Vatican II one had the impression that the source of faith was consulting the Magisterium of the Church. Furthermore, Tradition seemed to almost stand above Scripture. There were indeed dogmas of the faith ‐ especially, recently, about Mary ‐ that could not be found literally in the Scriptures."

Dit ruikt naar ketterij!

"The harvest of Vatican II is impressive. Often people have forgotten what happened and how much was achieved in practice. So many things are now just taken for granted as common that the faithful are not even aware that such a sensitive change was due to the council."

Het lijkt wel of Danneels zijn realiteitszin verloren heeft! Wat een optimisme! Wat een euforie! Het lijkt wel alsof het Concilie een groot succes was! De realiteit is, dat het het begin was van een grote ramp voor de Kerk, maar Danneels schijnt dit nog steeds niet te beseffen!

"The ideal of the bishop as a servant and shepherd is stressed."

Ja onze bisschoppen, daar zouden we veel over kunnen zeggen, maar 'dienaars' en 'herders' zijn het veelal niet!

"Is there anything to do 50 years after the council? The ideas of the Council are known. But what about the performance? Is there still work to be done after fifty years?"

Wat betekenen deze vragen? Het lijkt wel of Danneels zich afvraagt of er na 50 jaar nog sporen van Katholiciteit te vinden zijn, die nog uitgeroeid moeten worden...

"Gaudium et Spes is a document that is necessarily time‐bound: how is the Church connected to the world? Meanwhile, the world has evolved and many new problems have arisen."

Boven was Danneels nog zo euforisch over Gaudium et Spes en nu is het blijkbaar toch oude koek!

"Cardinal Ravasi spoke of the need for a more profound dialogue with nonbelievers in a project that took the name of the 'Court of the Gentiles.' This project, conducted in several large cities, is completely in the line with Gaudium et Spes: a willingness by the Church to listen and to talk about contemporary culture and philosophy."

Nu gaan we dus naar de heidenen luisteren?

Cardinal Godfried Danneels gave the above lecture in Amigo Hall, Saint George's Cathedral, Southwark on 18 October 2012

Bron: http://www.thetablet.co.uk/blogs/394/24


Comments

1. As a kind of half-joke, I often ask my students what the most important word is in the full title of Gaudium et Spes: The Pastoral Constitution on the Church in the Modern World. After trying about any word, it usely dawns upon them that it must be 'in': the Church no longer 'against', 'to' or 'and' the World, but IN the World. One word which signals (signalled?) a real change of paradigm. I could understand one slip of the keyboard, but Danneels is consistently referring to 'Church and the World'. Is this his own re-reading? Will ask him at the first occasion...

2. I fail to appreciate the point of this talk. It is comprehensive but seems to lack real enthusiasm of the kind generated by Papa Roncalli.We know that the documents are sprinkled with ideas which come from clerks who are more at home with Vatican1.This has made it easy in the intervening years for them to put the brakes on. Meanwhile many of the faithful have voted with their feet.


Inderdaad,

"I fail to appreciate the point of this talk." Waar gaat deze lezing over?

"Meanwhile many of the faithful have voted with their feet." Inderdaad, de mensen vegen er hun voeten aan! Zo een groot succes was het Concilie!

Danneels is gewoon gnostisch high!


Nogmaals,

Het feit dat Rome zich deze maand oktober 2012 beraadt over een herkerstening van Europa, geeft in zekere zin het failliet aan van dat Concilie, dat nu juist bedoeld was om de ramen naar de wereld te openen. De ironie is, dat het beraad over de Europese herkerstening, ook is bedoeld als viering van het 50-jarig jubileum van het Concilie. Al dat "bij-de-tijd brengen", al dat begrip voor de kritiek van de wereld en al die verontschuldigingen voor de kruistochten, de Inquisitie, de kolonisatie, de houding van Paus Pius XII tijdens WO II, de hele excuus-campagne sinds 1962-65 blijkt weinig tot niets te hebben opgeleverd.

Dat Vaticanum II op termijn geen voltreffer is gebleken, valt nauwelijks te loochenen. In vele Westerse landen ligt de droom aan diggelen en de Kerk in puin. Elke retoriek die het tegendeel beweert, is een uiting van vluchtgedrag. Maar, de show must go on!

dinsdag 20 november 2012

Conciliair of Katholiek? Deel III - Over de Geschiedenis van de Kerk

En toen kwam het Modernisme. Het Modernisme begon in 1816 met de afvallige Franse 'priester' H. de Lamennais. En tijdens het Tweede Vaticaans Concilie hadden we dan de tweede poging om via het 'aggiornamento' de Kerk te 'moderniseren'. Weer werden dezelfde praatjes opgerakeld: "De Kerk moet stoppen met tégen de wereld te vechten." Met andere woorden: "Kerk, doe mee met de wereld!"
 
In 1834 was de Lamennais toch eerlijk genoeg om publiekelijk toe te geven, dat hij niet meer in de mis geloofde. Deze 'bekentenis' leverde hem meteen de steun op van de vrijmetselaars. Zijn nieuwe 'vrienden' brachten de Lamennais in een postie zodanig, dat hij in het geheim, een groep jonge geestelijken om zich kon verzamelen, die hij goed voorbereidde voor de dag waarop de openlijke aanval op de Kerk zou starten.
 
Eén van de citaten van de Lamannais klinkt alsof het werd genomen uit een hedendaags Katholiek tijdschrift: "De hoogste deugd vandaag is niet het Geloof! Eigenlijk maakt het niets uit wat je gelooft. Alleen de liefde telt." – 1834
 
Een ander citaat van de Lamennais: "Alle religies zijn in principe hetzelfde, dus laten we allen samenkomen om één wereld-religie te vormen." – 1834
 
Zoals bekend, werkt Rome erg langzaam. Maar, er komt een moment waarop het geduld van de Paus op is. En op 8 December 1864 trad Pius IX naar voren met de Encycliek Quanta Cura en de Syllabus Errorum. Het modernisme onder alle vormen, in het verleden, heden en toekomst, werd voor altijd veroordeeld!
 
Maar de modernisten verlieten de Kerk niet en bleven parasiteren. Terwijl Luther nog het fatsoen had om de Kerk te verlaten en duidelijk zei dat hij niets met de Kerk te maken wilde hebben, missen de modernisten zelfs deze fundamentele eerlijkheid. Het modernisme werd streng veroordeeld, zoals alle eerdere ketterijen, maar zij weigerden de Kerk te verlaten.
 
De modernisten bleven echter achter de linies zitten. Zoals een vijfde colonne bleven ze wachten tot er zich een opening voordeed om dan de Kerk van binnenuit aan te vallen. Het gevolg was dat zeven jaar na de veroordeling van de modernisten, Paus Pius IX zei: "De echte plaag van onze Kerk zijn niet diegenen die gebruik maken van geweld en fysieke vervolging om zo het werk van de duivel op aarde te verrichten. Neen, de échte plaag van onze Kerk zijn de liberale Katholieken."
 
Pius IX werd opgevolg door Paus Leo XIII. Deze Paus gaf ons uitstekende documenten die de sociale leer van de Kerk verrijkten, zoals bijvoorbeeld zijn Encycliek Rerum Novarum. Maar, door zijn sociale bewogenheid liet deze Paus de modernisten wat te vrij en dezen verstevigden hun posities in een alarmerend tempo.
 
Toen Paus Leo XIII in 1903 overleed, was hij 93 jaar oud. Ieder kan voor zichzelf uitmaken hoe makkelijk het is om misbruik te maken van een oude man van tachtig en negentig jaar. En toen hij stierf, sprong de kwade geest achter de troon van Paus Leo XIII als een duiveltje uit een doos tevoorschijn; het was Kardinaal Rampolla.
 
Mariano Rampolla del Tindaro (Polizzi Generosa, 17 augustus 1843 - Rome, 17 december 1913) was een Italiaans geestelijke en kardinaal van de Katholieke Kerk.
 
Mariano Rampolla, een markies, was een zoon uit een adellijke familie die al op jonge leeftijd voorbestemd leek voor het priesterschap. Hij bezocht het seminarie in Rome en vervolgde zijn studies aan de Pontificia Università Gregoriana. Tijdens het consistorie van 14 maart 1887 nam Paus Leo XIII hem op in het College van Kardinalen. Meteen daarop benoemde Paus Leo hem tot kardinaal-staatssecretaris. Toen Leo in 1903 overleed leek Rampolla de meest aangewezen kandidaat om hem op te volgen.
 
Tijdens het Conclaaf van 1903 had het er aanvankelijk ook alle schijn van dat Rampolla zou worden gekozen. De Poolse aartsbisschop (en metropoliet van Krakau) Jan Puzyna de Kosielsko verraste evenwel het conclaaf, door na enkele stemrondes een brief voor te lezen waarin de Oostenrijkse Keizer Frans Jozef I, gebruik makend van het oude Ius Exclusivae, zijn veto uitsprak over de verkiezing van Rampolla. Dit omdat Rampolla te Fransgezind zou zijn en er geruchten bestonden over diens banden met de vrijmetselarij.
 
Feitelijk opende dit veto de weg voor de verkiezing van een veel conservatiever kandidaat: Giuseppe Melchiorre Sarto, Patriarch van Venetië; Paus Pius X. Deze schafte meteen na zijn aantreden het Ius exclusivae per apostolische constitutie (Commisum Nobis) af en verving Rampolla als staatssecretaris door Rafael Merry del Val. Rampolla vervulde daarna nog enkele andere functies binnen de Romeinse Curie.
 
De Heilige Paus Pius X, geboren als Giuseppe Melchiorre Sarto (Riese, 2 juni 1835 – Rome, 20 augustus 1914) was Paus van 1903 tot 1914. Hij staat bekend als Paus van de kindercommunie en als bestrijder van de modernistische dwalingen.
 
De nieuwverkozen Paus kwam uit een eenvoudig Noord-Italiaans plattelandsgezin. Zijn ouders hadden zijn priesterstudie bij elkaar geschraapt. Langzaamaan klom hij op binnen de hiërarchie van de Kerk. Hij viel op door eenvoudig, oprecht en goedmoedig gedrag. Als priester, bisschop en patriarch nam hij nooit politieke standpunten in, maar richtte zich op Eucharistische zaken en zijn taak als zielenherder. Hierdoor was hij een outsider tijdens het problematische conclaaf van 1903. 'Men' wilde geen 'politieke' kandidaat op de troon van Petrus. Sarto was de perfecte oplossing: ongebonden.
 
Hij nam de naam aan van Pius X: "Omdat de Pausen van deze eeuw onder dezelfde naam zoveel geleden hebben". Het tekent zijn beleid. De Eucharistie, de Sacramenten en het zielenheil stonden centraal bij deze Paus. Hij zou de eerste heiligverklaarde Paus worden in de laatste vierhonderd jaar pauselijke geschiedenis.
 
Zijn intern-kerkelijke beleid richtte zich streng tegen het modernisme, een stroming die veel kerkelijke hoogwaardigheidsbekleders en invloedrijke seminarieprofessoren onder zijn aanhangers kon rekenen, met name in Frankrijk, het Duitse Rijk en Groot-Brittannië. In 1907 gaf Pius X met de Encycliek Pascendi Dominici Gregis de aanzet tot zuivering van de Kerk van deze modernisten.

Pius' opvolger Benedictus XV zou de strijd tegen het modernisme aanzienlijk afzwakken en trachtte verzoening te brengen tussen integristen en modernisten, waarbij hij overigens de theologie van de laatsten stevig bleef afwijzen als ketterij en 'pest'. Het modernisme herkreeg geleidelijk zijn aantrekkingskracht en onder de pontificaten van zowel Pius XI als Pius XII zou het neo-modernisme, ondanks het verzet van deze Pausen, opnieuw opkomen en bij het Tweede Vaticaans Concilie (1962-1965) onder Johannes XXIII en vooral Paulus VI duidelijke overwinningen op de behoudsgezinde stroming in de Rooms-Katholieke Kerk behalen.

In het verlengde van zijn strijd tegen het modernisme bestreed Pius X op politiek vlak het verlichtingsfundamentalisme, het liberalisme en het opkomende communisme. Sociaal gezien was hij - als idealist - eerder een voorstander van vrijwillige liefdadigheid, onder meer op religieuze grondslag, dan van staatsinmenging in sociale aangelegenheden. Tenslotte bestreed hij met succes de corruptie, simonie en baantjesjagerij binnen de Kerk. Een bekend voorbeeld hiervan was zijn broer, die 'gewoon' postbode bleef.

Met het motu proprio Tra le sollecitudini (1903) trachtte Pius het belang van het Gregoriaans binnen de kerkmuziek te herstellen. Een jaar later zou Pius, eveneens bij motu proprio de Benedictijner abdij van Solsesmes de opdracht geven een nieuw Graduale samen te stellen, waarin de Gregoriaanse muziek in zijn oorspronkelijke luister diende te worden hersteld.

Pius X is bekend geworden als de Paus die het veelvuldig ter communie gaan bevorderde. Daartoe heeft hij ook de leeftijdsgrens verlaagd waarop kinderen toegelaten werden tot de Eerste Heilige Communie, namelijk wanneer ze tot "de jaren des onderscheids" waren gekomen: 7 jaar. Hij stierf in 1914, enkele weken na het uitbreken van de Eerste Wereldoorlog.

In zijn persoonlijk leven was Pius X een onbesproken, heilig man. Pius X had niet de bereidheid om een dialoog aan te gaan met andersdenkenden, voor zover deze bij voorbaat de Katholieke gedachte reeds afwezen. Bij het Katholieke volk was Pius X zeer geliefd, mede vanwege zijn eenvoudige komaf en Mariale vroomheid. Onder het pontificaat van Pius X groeide het aantal Katholieken zeer sterk.
 
Door Paus Pius XII is hij op 3 juni 1951 zaligverklaard. Diezelfde Paus verklaarde Pius X in 1954 heilig in een grote plechtigheid, die door Paus Pius XII ook bedoeld was als anti-modernistisch teken. Pius XII hield een lofrede op Pius X en zijn bestuur en bescherming van de Kerk. Bij de heiligverklaring was het lichaam van Pius X te zien in de Sint-Pieter van Rome. Zijn lichaam was, hoewel niet gebalsemd, na veertig jaar nog altijd intact en onvergaan. Hij is de laatste heiligverklaarde Paus van de Katholieke Kerk.

zondag 18 november 2012

Wat de Vlaamse bisschoppen 'vergaten' te schrijven in hun richtlijnen voor het gebruik van parochiekerken...

In aansluiting bij de vraag van de Vlaamse regering [Minister Geert Bourgeois van de N-VA] zullen zowel kerkbesturen als parochies in gesprek gaan met de gemeentelijke overheid over het gebruik van de parochiekerken. Om dit gesprek langs gelijke wegen te laten verlopen, hebben de Vlaamse bisschoppen, op basis van enkele definities, een aantal richtlijnen uitgevaardigd. De richtlijnen gelden voor alle parochiekerken, kapelanijen en erkende annexe kerken. Ze gaan in op 8 november 2012.

De integrale tekst van het document van de Vlaamse bisschoppen is na te lezen via onderstaande link.

http://www.kerknet.be/admin/files/assets/documenten/12_11_08_Richtlijnen_Vlaamse_bisschoppen_gebruik_parochiekerk.pdf

Bron: Kerknet


Enkele bedenkingen:

1. Dit zijn niet de richtlijnen 'van de Vlaamse bischoppen'. Neen, dit is een flauw afkooksel van de voorschriften die in het Kerkelijk Recht terug te vinden zijn.

2. Grootste punt van kritiek betreft de definitie van een 'kerkgebouw'.

3. Dit is de definitie van een 'kerkgebouw' volgens de Vlaamse bisschoppen:

1. Parochiekerk
"De parochiekerk is het huis van een plaatselijke geloofsgemeenschap die deel uitmaakt van de katholieke kerk. De parochiekerk staat ter beschikking van deze plaatselijke
geloofsgemeenschap, op de eerste plaats voor gebed, bezinning, liturgie en sacramentele
vieringen. De plaatselijke geloofsgemeenschap kan de parochiekerk ook gebruiken voor
andere pastorale activiteiten, bijvoorbeeld op het terrein van de catechese of de diaconie."

Merk op dat ze twee keer een kleine 'k' schrijven.

Erger is het antropocentrisme dat van deze definitie afdruipt: "Een kerk is het huis van de plaatselijke geloofsgemeenschap."


Het Kerkelijk Recht definieert een kerk echter als volgt:

Canon 1214 - Onder kerk wordt verstaan een gewijd gebouw bestemd voor de goddelijke eredienst, waartoe de gelovigen recht van toegang hebben om de goddelijke eredienst voornamelijk openbaar uit te oefenen.

Deze definitie is net het tegenovergestelde van de definitie van de bisschoppen.

Het wekt ergernis op, dat de bisschoppen zo een profaan taalgebruik hanteren en niet op het gewijde karakter van een kerk wijzen. Een kerk is dus niet zomaar een gebouw!


Wat is een 'gewijd gebouw'?

Canon 1205 - Gewijde plaatsen zijn die welke voor de goddelijke eredienst of de begrafenis van de gelovigen bestemd zijn door de wijding of de zegening, die de liturgische boeken hiertoe voorschrijven. 

De richtlijnen van de bisschoppen kunnen als volgt worden samengevat:

Canon 1210 - In een gewijde plaats mag alleen toegelaten worden wat dienstig is voor de uitoefening of de bevordering van de eredienst, de vroomheid en de godsdienst, en is verboden wat niet in overeenstemming is met de heiligheid van de plaats. Wel kan de Ordinaris in afzonderlijke gevallen een ander gebruik toestaan dat niet strijdig is met de heiligheid van de plaats.

Merk op dat deze definitie weinig speelruimte laat voor 'nevenbestemming'.


In verband met 'herbestemming' nog even dit:

Canon 1222

§ 1 Als een kerk op geen enkele wijze nog voor de goddelijke eredienst gebruikt kan worden en de mogelijkheid niet bestaat om ze te herstellen, kan zij door de diocesane Bisschop teruggebracht worden tot een profaan en niet onwaardig gebruik.

§ 2 Waar andere ernstige redenen het raadzaam maken dat een kerk niet langer voor de goddelijke eredienst gebruikt wordt, kan de diocesane Bisschop, na de priesterraad gehoord te hebben, deze terugbrengen tot een profaan en niet onwaardig gebruik, met toestemming van hen die wettig rechten op de kerk laten gelden, en mits het zieleheil er geen enkele schade door lijdt.

"...mits het zieleheil er geen enkele schade door lijdt..."

Merk op dat deze definitie weinig speelruimte laat voor 'herbestemming'.

Het is dan ook vrijwel onmogelijk om legitiem een kerk te nevenbestemmen of te herbestemmen!


CONCLUSIE:

Een kerk is dus NIET "het huis van de plaatselijke geloofsgemeenschap", maar een kerk is het Huis van God.

Christus woont in het tabernakel!

"Het huis van de plaatselijke geloofsgemeenschap" klinkt zoals een multifunctionele parochiezaal die verbouwd wordt!

Het Huis van God verbouwen, leidt tot huisvredebreuk en ergernis bij de gelovigen!

De Katholieke Kerk


vrijdag 16 november 2012

De nachtelijke 'dialoog' van Nikodemus met Christus ontaardt zeer snel in een monoloog van Christus die Nikodemus verwijt dat hij wil blijven dialogeren, wil blijven zoeken, geen keuze wil maken, de Waarheid niet wil kennen en zich niet aan Christus wil binden, maar op een vrije en liberale manier in de wereld wil blijven...

Joh 3:1  Nu was er onder de farizeën een man, Nikodemus genaamd, een overste der Joden.
Joh 3:2  In de nacht kwam hij bij Hem, en sprak tot Hem: Rabbi, we weten, dat Gij van Godswege als leraar zijt gekomen; want niemand kan de tekenen doen, die Gij verricht, zo God niet met hem is.
Joh 3:3  Jesus gaf hem ten antwoord: Voorwaar, voorwaar, Ik zeg u: Zo iemand niet opnieuw wordt geboren, kan hij het koninkrijk Gods niet aanschouwen.
Joh 3:4  Nikodemus zei Hem: Hoe kan een mens geboren worden, wanneer hij reeds op leeftijd is? Kan hij soms terugkeren in de schoot zijner moeder, en opnieuw geboren worden?
Joh 3:5  Jesus antwoordde: Voorwaar, voorwaar, Ik zeg u: Zo iemand niet geboren wordt uit water en Geest, kan hij niet ingaan in het koninkrijk Gods.
Joh 3:6  Wat uit het vlees is geboren, is vlees; en wat uit den Geest is geboren, is geest.
Joh 3:7  Verwonder u niet, omdat Ik u zeide: Gij moet opnieuw worden geboren.
Joh 3:8  De wind waait, waar hij wil, en ge hoort zijn gesuis; maar ge weet niet, vanwaar hij komt en waarheen hij gaat; zó gaat het iedereen, die uit den Geest is geboren.
Joh 3:9  Nikodemus antwoordde Hem: Hoe kan dit geschieden?
Joh 3:10  Jesus gaf hem ten antwoord: Zijt gij de leraar van Israël, en begrijpt ge dit niet?
Joh 3:11  Voorwaar, voorwaar, Ik zeg u: Wat Wij weten spreken Wij, en Wij getuigen wat Wij hebben gezien; en toch aanvaardt gij onze getuigenis niet.
Joh 3:12  Wanneer gij niet gelooft, als Ik u spreek over aardse dingen, hoe zult gij dan geloven, als Ik u over de hemelse spreek?
Joh 3:13  Niemand is opgeklommen ten hemel, dan Hij die uit de hemel is neergedaald: de Mensenzoon, die in de hemel is.
Joh 3:14  En zoals Moses de slang ophief in de woestijn, zo moet de Mensenzoon worden verheven:
Joh 3:15  opdat ieder die in Hem gelooft, het eeuwige leven zou hebben.
Joh 3:16  Want zo lief heeft God de wereld gehad, dat Hij zijn eengeboren Zoon heeft gegeven: opdat allen die in Hem geloven, niet verloren zouden gaan, maar het eeuwige leven zouden hebben.
Joh 3:17  Want God heeft zijn Zoon in de wereld gezonden, niet om de wereld te oordelen, maar opdat de wereld door Hem zou worden gered.
Joh 3:18  Wie in Hem gelooft, wordt niet geoordeeld; maar wie niet gelooft, is reeds geoordeeld, omdat hij niet heeft geloofd in de naam van Gods eengeboren Zoon.
Joh 3:19  En dit is het oordeel: het licht is in de wereld gekomen, maar de mensen beminden de duisternis meer dan het licht; want hun werken waren boos,
Joh 3:20  en allen die kwaad doen, haten het licht en komen niet tot het licht, opdat hun werken niet aan het licht zouden komen.
Joh 3:21  Maar wie handelt naar de waarheid, komt tot het licht, opdat het van zijn werken moge blijken, dat ze in God zijn verricht.
Joh 3:22  Daarna ging Jesus met zijn leerlingen naar het platteland van Judea, waar Hij met hen enige tijd verbleef, en er doopte.

De junk-science van het malafide 'Volgconcilie': "Concilievaders verdeeld over bronnen van openbaring" - 'Volgconcilie' verzwijgt echter dat het uiteindelijke document 'Dei Verbum' volledig in overeenstemming is met het Concilie van Trente

Onmiddellijk na het principeakkoord over de liturgie, debatteren de Concilievaders over de bronnen van de openbaring. Er is meteen grote onenigheid. Felle toespraken voor en tegen het schema volgen elkaar op.

Hoe kunnen we iets weten over God?

Wat is de rol van de Bijbel en de 2000-jarige christelijke traditie? Hoe verhouden die zich tot elkaar en hoe moeten katholieken daarmee omgaan?

Dat zijn de centrale vragen waarop dit schema een antwoord wil formuleren. Op het eerste gezicht een theoretische kwestie, maar ze raakt de kern van vele controverses in en rond de Katholieke Kerk.


Twee bronnen-theorie onder vuur

Het schema dat ter discussie op de agenda staat, vat openbaring op als een lijst van stellingen of geloofswaarheden die van God komen en die in geloof te aanvaarden zijn. Er zijn volgens de tekst twee afzonderlijke bronnen van geloofswaarheden: Schrift en Traditie. Tot zover een bevestiging van het Concilie van Trente.

Maar de tekst gaat verder dan het Concilie van Trente door letterlijk te stellen dat de Traditie ruimer is dan de Schrift en een zelfstandige bron van openbaring is. Dat is een heikel punt voor een concilie dat oecumenisch wil zijn. Want voor de protestanten is dit onaanvaardbaar. Zij aanvaarden alleen de Schrift als bron van kennis over God, en dus zeker geen katholieke visie op traditie die boven of los van de Schrift staat.

Bron: Volgconcilie


HIER ZIE JE DAT 'VOLGCONCILIE' TE KWADER TROUW HANDELT:

"Dat is een heikel punt voor een concilie dat oecumenisch wil zijn. Want voor de protestanten is dit onaanvaardbaar."

Ten eerste, het Tweede Vaticaans Concilie was een Katholiek Concilie en geen protestants. Hoe goed 'Volgconcilie' ook zijn best doet om ons van het tegendeel te overtuigen, maar Katholieken hebben in het geheel niets met de protestanten te maken en al helemaal geen lessen van de protestanten te ontvangen!

In feite zegt 'Volgconcilie' hier, dat ze protestants zijn!


Ten tweede wordt de betekenis van 'oecumenisch' hier opzettelijk fout gebruikt.

Dé 'oecumene', zoals het woord vandaag meestal wordt begrepen, streeft naar de eenheid van alle Christenen. Dat zal echter een Katholieke eenheid zijn en géén protestantse zoals 'Volgconcilie' graag zou willen hebben!


Een 'oecumenisch Concilie' betekent echter totaal iets anders!

In het Katholicisme is een 'oecumenisch Concilie' een vergadering van bisschoppen uit de gehele Kerk, die wordt bijeengeroepen om de doctrinaire en uitvoerende zaken van de Kerk te bespreken en vast te leggen. Het woord 'oecumene' komt van het Grieks Οικουμένη (oikumene), dat letterlijk 'de bewoonde wereld' betekent, oftewel 'alle plaatsen die door levende wezens bewoond worden', dat wil zeggen 'wereldwijd', 'universeel' of 'algemeen'.

Het Griekse woord καθολικός (katholikos) betekent ook 'algemeen' of 'universeel'. Men zou de benaming Katholieke Kerk dus letterlijk kunnen vertalen als de 'Algemene Kerk' of de 'Universele Kerk'.

De Katholieke Kerk is dus de Kerk voor de gehele bewoonde wereld.

De Katholieke Kerk valt dus samen met de bewoonde wereld, de oecumene!

Een 'oecumenisch Concilie' is dus een universeel Concilie voor de gehele bewoonde wereld, voor de gehele Katholieke Kerk.

Het Tweede Vaticaans Concilie (1962-1965) draagt (evenals de andere grote concilies) in die zin de naam van 'oecumenisch' Concilie, omdat aan het Concilie, Katholieke bisschoppen uit de gehele wereld, deelnamen.

'OECUMENISCH' EN 'KATHOLIEK' ZIJN DUS SYNONIEMEN!!!



TEN GRONDE:

Over de goddelijke openbaring - Dei Verbum

De Dogmatische constitutie over de goddelijke Openbaring van het Tweede Vaticaans Concilie verduidelijkt de verhouding tussen Bijbel, Traditie en Leergezag in het Geloof van de Katholieke Kerk. Hoewel weinig bekend, is deze tekst van centrale betekenis voor het Concilie.

De Latijnse naam Dei Verbum, Woord van God, verwijst zoals gebruikelijk is voor Vaticaanse documenten naar de eerste woorden van de tekst.



Dei Verbum zegt uiteindelijk hetzelfde als in de Mechelse Catechismus staat:

De geloofsbronnen

11. Welke waarheden moeten wij geloven?
Wij moeten de waarheden geloven die God geopenbaard heeft en die de heilige Kerk ons voorhoudt tegeloven.

12. Hoe kennen wij met zekerheid de waarheden die God geopenbaard heeft?
De waarheden die God geopenbaard heeft kennen wij met zekerheid door de onfeilbare leer van de heilige Kerk.

13. Waarin zijn de waarheden bevat die de heilige Kerk ons voorhoudt te geloven?
De waarheden die de heilige Kerk ons voorhoudt te geloven zijn bevat in de heilige Schrift of de Bijbel en in de Overlevering of Traditie.

14. Wat verstaat men door de heilige Schrift?
Door de heilige Schrift verstaat men de boeken van het Oude en het Nieuwe Testament, die geschreven zijn onder de ingeving van de heilige Geest; de heilige Schrift is dus het geschreven woord van God.

15. Is het raadzaam de heilige Schrift te lezen?
Het is zeer raadzaam de heilige Schrift, vooral het Evangelie te lezen; maar het is verboden niet-goedgekeurde bijbels te gebruiken.

16. Wat verstaat men door de Overlevering of Traditie?
Door de Overlevering of Traditie verstaat men het onfeilbare voortleren, door het kerkelijk gezag van geopenbaarde waarheden die in de heilige Schrift niet geschreven staan, maar door de Apostelen mondeling werden gepredikt.


Zodoende is de Apostolische Traditie in de Katholieke Leer (= het gesproken Woord van God) een evenwaardige openbaringsbron naast de Bijbel, zonder dewelke het heil niet verkregen kan worden.

De protestanten en 'Volgconcilie' wijzen dit beroep op de Traditie af en aanvaarden enkel het geschreven woord van God als bron van Waarheid (Sola scriptura).

De protestantse, ketterse leer van de 'Sola scriptura' (betekenis: alleen door de Schrift, de Bijbel) gaat lijnrecht in tégen de Leer van de Rooms-Katholieke Kerk.

Volgens de reformanten was alleen de Bijbel het Woord van God. Deze dwaalleer is in tegenstelling met de Doctrine van de Rooms Katholieke Kerk, omdat de Bijbel alleen maar goed geïnterpreteerd kan worden door de Heilige Apostolische Traditie van het Magisterium. Dat wil zeggen; de Bijbel kan alleen goed geïnterpreteerd worden door de Paus en de Bisschoppen tijdens kerkelijk overleg.

Omdat de protestanten toen en 'Volgconcilie' nu, het niet eens zijn met de Doctrine van de Katholieke Kerk, en dus de Traditie afwijzen, plaatsen zij zichzelf buiten de Kerk!

Processie van de Zwarte Madonna in Brussel

donderdag 15 november 2012

Het enigma Annibale Bugnini

Aartsbisschop Annibale Bugnini, die op 3 juli 1982 stierf, wordt in de necrologie van het blad "The Times" beschreven als "een van de meest opmerkelijke personen onder de Vaticaanse diplomaten." Het is echter meer dan een verbloeming, wanneer we voor de carrière van Bugnini slechts de term opmerkelijk gebruiken. Er is geen twijfel mogelijk dat de hele Katholieke geest van de Romeinse Ritus door de liturgische hervorming die op het Tweede Vaticaans Concilie volgde, grondig veranderd is. Pater Bugnini was de meest invloedrijke figuur in de realisatie van deze hervorming die hij zelf in 1974 beschrijft als de "meest belangrijke verovering van de Katholieke Kerk."

Aartsbisschop Bugnini is 1912 in Italië geboren en in 1936 tot priester gewijd in de Congregatie van de Heilige Vincentius. Tien jaren stond hij in een parochie, totdat hij in 1947 actief werd op het gebied van de liturgische studies. In 1948 wordt pater Bugnini door Pius XII aangesteld in de Commissie voor de Liturgische Hervorming en in 1956 als raadgever van de Congregatie voor de Riten. Het is merkwaardig om vast te stellen hoe Paus Pius XII door modernisten omgeven was. Wolven in schaapsvacht zijn het! In 1957 wordt pater Bugnini benoemd tot professor voor liturgie aan de universiteit van Lateranen.

In 1960 wordt pater Bugnini op een positie geplaatst, die hem in staat stelt een doorslaggevende invloed op de toekomstige liturgie uit te oefenen: hij is benoemd tot secretaris van de Voorbereidende Commissie voor de Liturgie. Hij is de leidinggevende geest bij het samenstellen van het voorbereidend schema, het werkdocument dat de concilievaders zou dienen voor latere discussie. Door zijn bewonderaars wordt dit het "Bugnini schema" genoemd. De Constitutie over de Liturgie waarvoor de concilievaders hebben gestemd is in wezen terug te brengen op pater Bugnini.

Enkele weken na zijn zegeviering wordt pater Bugnini ontslagen als professor van de Lateranen universiteit en eveneens uit zijn post als secretaris van de voorbereidende commissie. Het ontslag van een belangrijke persoon als die van pater Bugnini is niet mogelijke zonder de toestemming van Paus Johannes XXIII, en ook al werden de redenen voor dit ontslag nooit bekend gemaakt, ze moeten van zeer serieuze aard zijn geweest.

Op 4 december 1963 was de Constitutie over de Heilige Liturgie het eerste document waarover de vaders van het concilie stemden. De commissie die de concrete stappen zou ondernemen om de constitutie ten uitvoer te brengen werd in 1964 opgericht. Met een gebaar dat niemand kan begrijpen benoemt Paus Paulus VI de man aan wie zijn voorganger Johannes XXIII ontslag heeft gegeven uit zijn functie van secretaris van de voorbereidende commissie, tot secretaris van de uitvoerende commissie ‘Consilium'.

Pater Bugnini was nu in de machtspositie om de Constitutie over de Liturgie uit te leggen, en wel op die manier die hijzelf in zijn hoofd had bij de opstelling van de concilietekst. Consilium had alleen een raadgevende functie en de veranderingen die Consilium voorstelde moesten worden goedgekeurd door de Romeinse Congregaties. Op 8 mei 1969 voegt Paus Paulus VI Consilium bij de Congregatie voor de Goddelijke Eredienst en benoemt pater Bugnini tot secretaris van deze congregatie.

Bugnini is nu machtiger dan ooit. Op deze plaats heeft hij alle mogelijkheden om de veranderingen van de liturgie door te zetten. Zijn diensten worden in 1972 door de Paus beloond door zijn consecratie tot aartsbisschop. In 1974 kan hij zelf zeggen dat de hervorming van de liturgie een "belangrijke verovering voor de Katholieke Kerk" is en hij kondigt aan dat de hervorming op het punt stond haar eindstadium te bereiken: "De aanpassing van de Romeinse vorm van de liturgie aan de gebruiken en de mentaliteit van de particuliere kerken." In India ging deze aanpassing zo ver dat de mis meer op een hinduïstische rite dan op de Katholieke mis leek.

In juli 1975, op het toppunt van zijn roem, wordt aartsbisschop Bugnini op staande voet ontslagen. Hij wordt ontslagen en benoemd tot pronuntius in Iran, en zijn Congregatie aangesloten bij de Congregatie voor de Sacramenten.

De geruchten dat aartsbisschop Bugnini een vrijmetselaar was, werden door het Vaticaan nooit bevestigd en ook nooit tegengesproken. De priester die het dossier ‘Bugnini' had samengesteld antwoordde op de vragen naar de redenen voor dit ontslag: "Ik betreur het, maar ik kan niet op uw vraag antwoorden. Het geheim is groot en het moet een geheim blijven. Het simpele feit dat hij op staande voet van zijn post is ontslagen is voldoende. Het betekent dat de argumenten meer dan overtuigend waren."

dinsdag 13 november 2012

Jan van Ruusbroec

Jan (of Johannes) van Ruusbroec of Ruysbroeck, ook "de Wonderbare" genoemd (Ruisbroek nabij Brussel, 1293 - 2 december 1381) geldt als één van de grootste mystici van de zuidelijke Nederlanden. Ruusbroec schreef in het Middelnederlands, maar zijn werken werden spoedig ook vertaald in het Latijn.


Uit: 'Het leven en de werken van Jan van Ruysbroeck':

"Wanneer eindelijk, in 1317, Ruysbroeck voor het eerst het verheven vergeldingsoffer der Mis had opgedragen, daalde in zijn ziel de zalige vertroosting, dat zijn moeder was ingetreden in de blijdschap des Heeren: hij zag haar in den geest met heerlijken glans van glorie omzweefd en met een danklied op de lippen voor het geluk, dat haar door de offerande van haar zoon was te beurt gevallen."

Met andere woorden, de eerste mis van Jan van Ruysbroeck verloste de ziel van zijn moeder, die reeds was overleden, uit het vagevuur en dit leidde tot haar intrede in de Hemel!


Tijdens de elevatie verschijnt de moeder aan van Ruysbroeck



vrijdag 9 november 2012

Conciliair of Katholiek? Deel II - Over de Geschiedenis van de Kerk

Een nieuwe controverse begon in 404 n.C. toen de Byzantijnse Keizer Arcadius de door Rome gesteunde patriarch van Constantinopel Johannes Chrysostomus afzette. De Paus verbrak al spoedig iedere communie met de Oosterse patriarchen, omdat zij de verbanning van Chrysostomus hadden gedoogd. Stel u voor, de Oosterse bisschoppen die en masse zich neerleggen bij de afzetting van Johannes Chrysostomus! Het schisma werd pas in 415 geheeld toen de Oosterse patriarchen met terugwerkende kracht Christomus als legitieme patriarch erkenden.


Een beroemde uitspraak van Sint-Johannes Chrysostomus luidt:

"De gangen in de hel zijn geplaveid met de schedels van bisschoppen!"



Het schisma na het Concilie van Efeze (431) leidde tot het ontstaan van de nestoriaanse kerken of de Kerk van het Oosten. Ook de Assyrische Kerk van het Oosten volgt de leer van Nestorius en behoort dus niet tot de oriëntaalse kerken.

De schismata na het Concilie van Chalcedon (451) leidden tot het ontstaan van wat men de Oriëntaals-orthodoxe Kerken is gaan noemen. Tot deze kerken rekent men:
  • De Syrisch-orthodoxe Kerk van Antiochië of 'Jacobitische' Kerk, aangezien zij het Concilie van Chalcedon in 451 niet erkende.
  • De Koptisch-orthodoxe Kerk (in Egypte) is ontstaan uit het patriarchaat van Alexandrië. Zij verwierp het Concilie van Chalcedon in 451.
  • De Armeens-apostolische Kerk was in 451 niet vertegenwoordigd op het concilie van Chalcedon vanwege de oorlog tegen de Perzen. Toen men de besluiten van het concilie vernam, werden deze afgewezen.
Een nieuw conflict ontstond in 482, toen de Byzantijnse keizer Zeno een edict uitvaardigde dat bekend staat als het Henotikon. Hiermee werd getracht de monofysieten te verzoenen met de twee-naturenleer van de Kerk. Het edict werd echter afgekeurd door Paus Felix III. In 484 excommuniceerde deze Paus de patriarch van Constantinopel, Acacius, die had aangedrongen bij Keizer Zeno om het Henotikon uit te vaardigen. Het schisma werd pas meer dan dertig jaar later beëindigd in 519, toen de Byzantijnse keizer Justinianus I de excommunicatie van Acacius erkende. Het is dus zeer duidelijk dat zelfs de Byzantijnse keizer het gezag van de Paus over alle andere bisschoppen erkende en steunde. De Paus is Petrus! De enige Vicaris van Christus op aarde!

En toen kwam Honorius I (Campania, geboortedatum onbekend - sterfplaats onbekend, 12 oktober 638). Hij was de 70ste Paus van de Rooms-Katholieke Kerk en volgde op 27 oktober 625 Bonifatius V op, twee dagen na diens dood. Honorius I is vooral bekend door zijn bouwactiviteiten in Rome. Zo liet hij het Aquaduct van Trajanus reconstrueren en het dak van de Sint-Pieterskerk herstellen. Vele heidense gebouwen liet hij ombouwen tot Christelijke kerken. Hij viel echter in onmin als gevolg van het feit dat hij het monofysitisme niet heeft veroordeeld. Deze Paus zweeg, toen hij het moeten spreken. Als gevolg van het feit dat hij de ketterijen niet bestreed, werd hij later door het Concilie van Constantinopel III in 681 door Paus Agatho geëxcommuniceerd!

In de 11de eeuw deed zich binnen de Kerk dan het eerste grote schisma voor: het Oosters Schisma. In feite ging het over de vraag of de Paus het opperste gezag vertegenwoordigede over ALLE Katholieken, bisschoppen en kardinalen en patriarchen inbegrepen, of dat hij enkel maar de voorzitter was van de 'Raad van Bestuur' van de Kerk! En in die dagen, kwamen de Pausen niet op voor hun persoonlijke rechten en privileges, maar kwamen ze op voor het pausdom zélf. De Paus is de Vicaris van Christus op aarde en vertegenwoordigt dus het hoogste, absolute gezag in de Kerk, waaraan iedereen zich te onderwerpen heeft. De patriarchen werden voor de keuze gesteld ofwel onderwerping aan het gezag van de Paus, wat ze tot dan altijd hadden gedaan, ofwel was er voor hen geen plaats meer binnen de Kerk. En er was slechts één uitweg. In die dagen waren de Pausen niet van plan om hun gezag te verkwanselen, maar kwamen ze op voor het pausdom, zoals Christus hen had opgedragen!

En dan krijgen we in de 16de eeuw de protestantse 'reformatie' waarvan sommigen denken dat zij over een paar jaar de 500ste verjaardag moeten gaan 'vieren'. De reformatie begon door een aanval op het hart van het Katholieke Geloof, namelijk de liturgie. Het was Kardinaal Newman die ooit schreef:  "Als u de liturgie wil vernietigen, moet men haar centrale liturgie vernietigen."

In een artikel uit 1967 gaf TIME Magazine een uitstekende beschrijving van wat er is gebeurd tijdens de protestantse reformatie in de 16de eeuw. Je moet dit eens vergelijken met tegenwoordig:

"Op de volgende wijze probeerde Martin Luther een spirituele hervorming door te voeren die het model werd voor een groot deel van Duitsland. Hij begon met de herziening van de Latijnse liturgie, en vertaalde deze in het Duits. De leken mochten onder beide Gedaanten, brood en wijn, communiceren. Het traditionele Latijnse 'gregoriaans' werd vervangen door zoete en makkelijke liedjes in de volkstaal. Het Heilig Misoffer werd niet langer opgedragen, maar er werd hoofdzakelijk enkel nog maar gepreekt voor het volk om hen te 'onderwijzen'. De sacramenten werden teruggebracht van zeven naar twee; doop en avondmaal. Ondertussen verspreidde de opstand tégen Rome zich van stad tot stad. Priesters verwijderden de beelden van Heiligen uit de kerken en men las de mis niet meer. Het celibaat werd ook vaarwel gezegd. In 1525 trouwde Luther dan ook zélf met een voormalige non, Katharina von Bora; 'die Lutherin' genaamd."

Toen ze huwden was Luther 41 jaar en Katharina was 26 jaar. Als huwelijkscadeau kregen ze van Johan Frederik I van Saksen, toen de troonopvolger in Saksen, het 'Zwarte Klooster', het zogenaamde Augusteum, het voormalige Augustijnerklooster in Wittenberg. Katherina Luther kreeg 6 kinderen. Luther hield het voorlopig bij één vrouw, maar stelde dat de tijd zou komen dat polygamie heel gewoon zou zijn (Luthers Tafelgesprekken, nr. 1461).

De Duitse protestantse reformatie was dus ook een ideologie die de diefstal van de kerkelijke goederen probeerde te vergoelijken. Net zoals in Engeland, waar een andere polygamist met Rome had gebroken, namelijk Hendrik VIII met zijn 6 vrouwen.

Maar, we focussen hier even op Edward VI, de zoon van Hendrik VIII. Toen een onderzoekscommissie aan Edward VI repporteerde dat 90% van het Engelse volk nog steeds vasthield aan het Katholieke Geloof van hun voorvaderen, en het volk nog steeds de hoop koesterde, dat de oude Katholieke godsdienst in ere zou worden hersteld, schafte koning Edward VI de Mis af. De koninklijke 'Reformation Commission' van 1547 decreteerde dat de altaren vervangen moesten worden door 'tafels'! Dezelfde tafels die nu ook overal in onze Katholieke kerken opgedoken zijn! De 'Reformation Commission' bepaalde dus dat de voorganger naar de mensen moest kijken. Ook werden de kaarsen en de tabernakels op de altaren afgeschaft!

De moderne 'katholieke' hervormers beweren steevast dat 'Sacrosanctum Concilium', de Constitutie over de Heilige Liturgie van het Tweede Vaticaans Concilie, decreteerde dat de altaren moesten worden omgedraaid! Maar, dat mij de moderne hervormers eens in de Constitutie 'Sacrosanctum Concilium' de bewuste claim aanwijzen! Want, dat zegt de Constitutie van 1963 niet! Het installeren van averechtse altaren werd wél gedecreteerd in Engeland door de ketterse 'Reformation Commission' van 1547!!!

De ketterse 'Reformation Commission' van 1547 decreteerde: "Alle altaren in elke kerk of kapel moeten worden afgebroken, en in plaats van hen moet een tafel worden opgesteld zodanig dat het bijgeloof in verband met het offer in de paapse mis wordt uitgeroeid, want voortaan vieren wij het 'Avondmaal van de Heer'. Altaren werden in het verleden opgericht voor het offer, maar offers worden voortaan niet meer opgedragen, dus moeten de altaren ophouden te bestaan."
 
Maar, 5 jaar later hield het Engelse Volk nog steeds vast aan de Katholieke Mis. Er volgde een nieuw besluit dat decreteerde dat "de zondige mensen de oude vormen van bijgeloof slechts kunnen overwinnen wanneer alle altaren door tafels vervangen worden. De voorganger moet niet met zijn rug naar het volk staan, maar de mensen in de ogen kunnen kijken. Het gebruik van de volkstaal moet worden opgelegd, zodanig dat de veranderingen in de liturgie duidelijk onderstreept worden."
 
En alle Engelse, 'katholieke' bisschoppen gingen mee met de hervormingen en ontliepen hun verantwoordelijkheden, behalve één en dat is de enige wiens naam we nog steeds niet vergeten zijn en dat is Saint John Fisher.

Verjaardag van de kerkwijding van de Kathedraal van Rome: Sint-Jan van Lateranen

woensdag 7 november 2012

Conciliair of Katholiek? Deel I - Over de Geschiedenis van de Kerk

Traditionalistische Katholieken geloven nog steeds dat de Katholieke Kerk de enige en échte Kerk is, die Haar oorsprong vindt in Onze Heer en Heiland Jezus Christus. De vleesgeworden Tweede Persoon van de Heilige Drievuldigheid, de enige Persoon die ooit op aarde heeft gelopen en gezegd heeft: "Ik ben de Weg, de Waarheid en het Leven." Katholieken geloven ook dat Hij de ene, ware Kerk heeft gesticht. Wij zijn van mening dat dit mandaat van Christus nog steeds geldt.
 
Het mandaat dat Christus aan de Kerk gaf, klonk als volgt:
 
"Ga uit over de hele aarde en verkondig het Evangelie aan heel de schepping. Wie gelooft en zich laat dopen, zal gered worden, wie niet gelooft, zal veroordeeld worden". (Mc. 16, 15-16)
 
"Mij is alle macht gegeven in de hemel en op aarde. Gaat dan, onderwijst alle volken en doopt hen in de Naam van de Vader en van de Zoon en van de Heilige Geest, en leert hun te onderhouden alles wat Ik u geboden heb. Zie, Ik zal met u zijn alle dagen tot aan het einde van de wereld". (Mt. 28, 18-20)
 
Voor 'modernistische' oren klinkt dit vrij extreem en radicaal. Of niet soms?
 
Alvorens ten hemel op te stijgen, na Zijn verrijzenis, een feit waarin de traditionalistische Katholieken ook nog steeds geloven, liet Hij Zijn Kerk hier op aarde achter. Hij stelde de Kerk onder de leiding van de Heilige Geest, maar Hij liet ook toe, dat Zijn Kerk, ook door de ON-heilige geest zou worden aangevallen. De ON-heilige geest van de goddeloosheid. En dit tot op de Dag des Oordeels.
 
Doorheen de geschiedenis van de Kerk moest elke generatie weer beslissen over het eenvoudige, doch acute dilemma: "Zijn wij voor Christus of tégen Christus?"
 
Christus sloot zelf de deur van de lauwheid door te zeggen: "Wie niet mét Mij is, is tégen Mij!" En Hij maakte ook meteen duidelijk, dat zij die voor Hem kozen, ook steeds op Zijn steun konden rekenen: "Zie, Ik zal met u zijn alle dagen tot aan het einde van de wereld".
 
Het was echter de Heilige Apostel Paulus die de Kerk als eerste voor infiltranten waarschuwde:
 
Eph 6:11  Legt aan de wapenrusting Gods, om stand te kunnen houden tegen de listen des duivels.
Eph 6:12  Want niet tegen vlees en bloed geldt onze strijd, maar tegen heerschappijen en machten, tegen wereldbeheersers dezer duisternis, tegen de boze geesten in de lucht.
Eph 6:13  Grijpt daarom naar de wapenrusting Gods, om weerstand te kunnen bieden op de boze dag, en pal te blijven staan, na alles te hebben volbracht.
Eph 6:14  Op dan! Uw lenden omgord met de waarheid, en het pantser der gerechtigheid om;
Eph 6:15  de voeten geschoeid met bereidwilligheid voor de blijde Boodschap van vrede;
Eph 6:16  het schild des geloofs steeds voor u uit, om al de vurige pijlen van den Boze te kunnen smoren;
Eph 6:17  grijpt naar de helm van het heil en het zwaard van den Geest: en dit is het woord van God.
 
en
 
Gal 1:6  Ik sta er verbaasd over, dat gij zo spoedig afvalt van Hem, die u geroepen heeft door de genade van Christus, en naar een ander evangelie overgaat.
Gal 1:7  Eigenlijk is het geen ander; maar alleen zijn er enkelen opgestaan, die onrust onder u stoken, en het Evangelie van Christus willen vervalsen.
Gal 1:8  Waarachtig, wanneer wijzelf, of zelfs een engel uit de hemel, u een ander evangelie zouden verkondigen, dat wat wij u verkondigd hebben, hij zij vervloekt!
Gal 1:9  Zoals we het vroeger hebben gezegd, zo herhaal ik het ook thans: Wanneer iemand u een ander evangelie verkondigt dan gij ontvangen hebt, hij zij vervloekt!
 
De volgende fase in de Geschiedenis van de Kerk was deze van eeuwen van vervolging. een bloedige vervolging van de Kerk door 'externen'. Deze vervolgingen kwamen tot een einde door het zogenaamde 'Edict van Milaan' dat door Keizer Constantijn werd uitgevaardigd. Zo werden de externe vijanden van de Kerk verslagen, maar niet de interne vijanden van de Kerk.
 
En toen kwam de 4de eeuw waarin het eerste echte schisma binnen de Kerk plaatsvond. De ketterij die dit schisma veroorzaakte, werd vernoemd naar de bisschop die het teweeg gebracht had; Arius. Het Arianisme, waarvan de centrale idee ons vandaag 'vertrouwd' in de oren moet klinken, stelde ten onrechte dat Christus niet onze God is, maar onze 'broeder'. De Kerk en de wereld moeten niet met elkaar vechten, maar de Kerk moet Haar armen openen voor de duistere machten die de wereld regeren.
 
En de 'politici' van die dagen traden toe tot de Kerk om zich van de bevoegdheden van de Kerk meester te maken. Dat was de eerste poging om de Kerk te 'domesticeren', met andere woorden 'politiek-correct' te maken. Dit is een proces dat men later 'aggiornamento' zou gaan noemen. Tachtig procent van de bisschoppen werden apostaten en de andere twintig procent reageerden niet of nauwelijks omdat ze geen oproer wilden veroorzaken.
 
Maar later schreef de Heilige Hiëronymus, aan wie wij de Vulgaat te danken hebben: "Op een dag werd de Kerk wakker en het was allemaal ketterij en schisma, allemaal Arianisme!'
 
En de Paus in die dagen, Liberius, probeerde eerst de rust te bewaren en te 'verzoenen'. Maar, het is onmogelijk om dingen met elkaar proberen te verzoenen, die niet met elkaar kunnen worden verzoend. De Waarheid en de dwaling verhouden zich tot elkaar zoals vuur en water.
 
De grootste pleitbezorger van de Waarheid was op dat ogenblik een eenzame bisschop, Athanasius genaamd. 
 
Athanasius (Alexandrië, ongeveer 295 – Alexandrië, 2 mei 373) was aartsbisschop en patriarch van Alexandrië, kerkvader, en wordt vereerd als heilige. Hij maakte nog de hevige christenvervolgingen onder de keizers Diocletianus en Galerius mee. Op 8 juni 328 werd hij echter tot opvolger van patriarch Alexander gewijd, die hij als secretaris op het Concilie van Nicea had bijgestaan. Hij was een bestrijder van het Arianisme, omdat dit door genoemd Concilie veroordeeld was als ketterij.

Volgens Athanasius is de herschepping van de mens alleen reëel als zijn Verlosser waarlijk God is. Hij werd 'Vader der rechtzinnigheid' genoemd omdat hij met grote vasthoudendheid de ketterse leerstellingen van Arius probeerde te weerleggen. Vijf keer werd hij daarom gedwongen in ballingschap te gaan, in totaal twintig jaar.
 
Paus Liberius (gestorven 24 september 366) steunde aanvankelijk Athanasius, maar zou later, onder grote druk, hierop terugkomen. Zijn pontificaat werd dus kenmerkt door de strijd tussen de voorstanders van het Arianisme, onder wie keizer Constantius II, en de tegenstanders onder wie Athanasius. Keizer Constantius II zette daarop de Paus af, en benoemde een tegenpaus: Felix II. Directe aanleiding hiervoor was Liberius' weigering de 'verwerping' van Athanasius, de patriarch van Alexandrië te tekenen.
 
Zij die beweren dat het Pausdom een 'uitvinding uit de Middeleeuwen' is, kunnen meteen ook al vaststellen, dat de Paus de eerste 'gesprekspartner' van de keizer was en dat de Keizer de authoriteit van de Paus over de andere bisschoppen aanvaardde!

Omdat Paus Liberius weigerde om de aartsbisschop en patriarch van Alexandrië af te zetten, werd Liberius door keizer Constantius II dus zelf afgezet en ook nog verbannen. Maar de Paus werd zwak en keerde na drie jaar terug, nadat hij zich alsnog tegen Athanasius gekeerd had, door hem te excommuniceren. 
 
Het idee van de keizer om Paus Liberius en tegenpaus Felix II samen de Kerk te laten regeren werd door een opstand van het Romeinse volk voorkomen.
 
Na de dood van keizer Constantius II zou Paus Liberius de decreten van het Concilie van Rimini, dat door Constantius II werd bijeengeroepen, annuleren!

Paus Liberius is de eerste Paus die niet werd heilig verklaard, terwijl Aartsbisschop Athanasius wel zou worden heilig verklaard, nadat zijn excommunicatie ingetrokken werd!

Ook een grote tegenstander van het Arianisme was Sint-Servaas van Tongeren.
 
Tijdens de ballingschap van Athanasius in Trier (335 – 337) hebben Servaas en Athanasius elkaar ontmoet.

In het jaar 343 was bisschop Servaas aanwezig op het Concilie van Sardica (tegenwoordig Sofia, Bulgarije). Servaas ontpopte zich als een fel tegenstander van het Arianisme, waarmee hij zich schaarde aan de kant van de Trinitariërs.
 
Tijdens het Concilie van Keulen in 346 bestreden Athanasius en Servaas samen de ketterijen van de bisschop van Keulen, die de goddelijkheid van Christus ontkende.
 
In 359/360 was Servaas als Servatio Tungrorum episcopus aanwezig op het Concilie van Rimini. Ook daar bestreed hij, volgens Sulpicius Severus, het Arianisme.
 
Volgens de beschrijving van Gregorius van Tours in zijn Historia Francorum en In gloria confessorum zou Sint-Servaas in 384 te Maastricht zijn begraven, buiten het Romeinse castrum, langs de Romeinse heerweg naar Tongeren, waar nu de eeuwenoude Basiliek van Sint-Servaas staat.

S.E. Mons. Mario OLIVERI - Vescovo emerito di Albenga-Imperia

S.E. Mons. Mario OLIVERI - Vescovo emerito di Albenga-Imperia

We Stand In Support of Padre Stefano Manelli

We Stand In Support of Padre Stefano Manelli

Paus Benedictus XVI

Paus Benedictus XVI

Een meditatie over het Heilig Misoffer

2 Timoteüs 2:3 Neem ook uw aandeel in het lijden als een goed krijgsknecht van Christus Jezus

2 Timoteüs 2:3  Neem ook uw aandeel in het lijden als een goed krijgsknecht van Christus Jezus
-------- “Wij zijn de zonen van de Kruisvaarders en we zullen niet terugdeinzen voor de zonen van Voltaire.” -------- -------- “We are the sons of the Crusaders and we shall not recoil before the sons of Voltaire.” ------------------------- -------- “Noi siamo i figli dei Crociati e non indietreggeremo davanti ai figli di Voltaire!” ---------------------------------