De lekengelovigen “moeten weten dat zij zich tot de nuntius kunnen wenden als er zaken zijn die gevolgen hebben voor de pastorale bediening van bisschoppen”. Dat stelt mgr. Charles Scicluna, de ‘openbaar aanklager’ van de Congregatie voor de Geloofsleer.
Tijdens een persconferentie over een op handen zijnde conferentie over seksueel misbruik door clerici werd aan Scicluna gevraagd wat er gedaan kan worden wanneer bisschoppen geen goede herders zijn.
In zijn antwoord verwees hij naar de recente rondzendbrief van de Congregatie voor de Geloofsleer, een hulpmiddel bij het opstellen van richtlijnen voor gevallen van seksueel misbruik. De brief is “een erg sterk signaal” over de verantwoordelijkheid van bisschoppen in zulke gevallen. Bovendien, zo zei hij, “heeft iedere gelovige het recht zijn zorg over het bisdom direct aan de Heilige Stoel te richten, via de nuntius”, die “de nabijheid van de Heilige Vader vertegenwoordigt, niet alleen bij regeringen, maar ook bij de lokale gemeenschap”. Het mag daarbij niet gaan om een bisschop in kwaad daglicht te stellen.
Bron: Katholiek Nieuwsblad
woensdag 10 april 2013
Vaticaan: ‘Leken mogen zich tot de nuntius wenden’
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
6 opmerkingen:
Ja, maar is het niet een beetje laat om thans "ermee uit te pakken"?
'Seksueel misbruik' is één, het ongeloof van bisschoppen is twee!
Op zich is dit een provocatie vanuit het Vaticaan naar de anti-kerkelijke politici.
Zegt de Charles Scicluna, hier niet? : “Kijk, ik geloof ook niet meer dat ik het gerecht, of de overheid van het land waarin feiten zich voordoen kan vertrouwen. Als je een probleem hebt, ga direct naar de nuntius.” De zaak Vangheluwe is daar een schrijnend voorbeeld van.
Want de pauselijke nuntius is een ambassadeur – “but with a twist“.
Als jij als Belg in een land woont waar de politieke situatie volatiel is, waar je je gemakkelijk in een gevaarlijke situatie kan terugvinden, waar je niemand kan vertrouwen, waar de plaatselijke (revolutionaire, of dictatoriale) overheid corrupt is, kan je naar de ambassade gaan voor raad en bescherming. Je kan je zo een bananenrepubliek wel inbeelden waar ambassades handig kunnen zijn.
Als je je als Katholiek in België ten prooi valt van de politiek anti-kerkelijke situatie - waar politici je godsdienstvrijheid aanranden met anti-kerkelijke wetten en je kan nergens terecht voor hulp - vooral niet bij de “Katholieke” (CD&V) politici, of een “moderne” bisschop die ketterij verkondigt - of je bent aangerand en niemand neemt je serieus – vooral niet het gerecht, kan je naar de nuntius gaan, voor raad een bescherming.
Wat Charles Scicluna zegt gaat veel verder dan alleen de seksschandalen.
Een nuntius is zelfs een primus inter pares in het diplomatiek corps van een land, en vaak de vertegenwoordiger van alle ambassadeurs.
Het is echt iemand waar de plaatselijke politici rekening mee moeten houden.
Als je de nuntius aanstelt als een soort laatste lijn van defentie tegen seksueel misbruik, moet het gerecht van een bepaald land ook opletten, want het toont dat ook zij hun taak inzake preventie en vervolging van seksueel misbruik niet goed genoeg gedaan hebben.
Wanneer het geloof in gevaar is, hebben leken niet alleen het recht, maar ook de plicht zich aan de nuntius te wenden en ook direkt aan de betreffende congregatie of aan de Hl.Vader.
In de Roeach-affaire blokte overigens de toenmalige nuntius Karl Rauber, een goede vriend van GD, zeer veel katholiek protest af;
hij gaf, zeer ongewoon voor een diplomaate en in het bijzonder uiterst ongewoon voor een vatikaans diplomaat, na de aanduiding van Msgr. Léonard als toekomstig aartsbisschop van Mechelen-Brussel nog renitente verklaringen af.
In juni 2009 nam Rauber ontslag als nuntius in België, omwille van het bereiken van de leeftijd van 75, en werd opgevolgd door Giacinto Berloco. Rauber bleef tot 24 juli 2009 aan als nuntius voor Luxemburg. Wegens bewezen diensten verleende de H. Stoel hem de eretitel van apostolisch nuntius-emeritus van België.
Karl-Josef Rauber kreeg in 2008-2009 de opdracht voorbereidende gesprekken te voeren naar aanleiding van de keuze van een nieuwe Belgische aartsbisschop. Hij verklaarde later dat er een grote overeenstemming bestond rond Jozef De Kesel, hulpbisschop van het aartsbisdom Mechelen, vicaris voor het vicariaat Brussel. In het katholieke tijdschrift Il Regno verklaarde de nuntius dat deze keuze van bovenaf niet werd gevolgd en men de voorkeur gaf aan de aan Rome meest trouwe kandidaat, met name André Léonard.[2] Het is zeer uitzonderlijk dat een (ex-)nuntius op die manier 'uit de biecht klapt' en de confidentialiteit van de voordrachten schendt.
Een reactie posten